H4 Milieuvraagstukken

H4 Milieuvraagstukken
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H4 Milieuvraagstukken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 1
De wereld van de afvalverwerking

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Scheiden jullie thuis het afval?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er met het afval als het opgehaald wordt?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Afvalverwerking

Bedenk 3 manieren waarop jouw gemeente de afvalscheiding zou kunnen verbeteren.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 2
De draagkracht van de aarde

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mileuproblemen
Ecosysteem: gemeenschap van dieren en planten in een gebied waarbij er een wisselwerking is tussen de organismen onderling  en de niet levende natuur (bodem, water en lucht). Ecosystemen zijn van elkaar te onderscheiden, doordat ze verschillende soorten natuurlijke landschappen vormen.

Milieu: omstandigheden waarin organismen leven
    - water- en bodemkwaliteit
    - concurrentie met andere organismen
Mens tast milieu en ecosystemen aan

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Draagkracht 
Mens heeft behoefte aan natuurlijke hulpbronnen
 - niet-hernieuwbare bronnen raken een keer op

Natuurlijke landschappen zijn omgezet in landbouwgrond
● Draagkracht van de aarde dreigt overschreden te worden
    - aantal mensen neemt toe
    - consumptie per persoon neemt toe

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De theorie van Maltus
De bevolking groeit exponentieel
De voedselproductie neemt lineair toe
Draagkracht van een gebied wordt hierdoor overschreden
    - leidt tot hongersnood, ziekten en conflicten
    - bevolking neemt weer af
Oplossing: minder kinderen krijgen

Malthusiaans plafond?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kritiek op de theorie van Malthus
Er is veel kritiek op de theorie van Malthus, omdat hij geen rekening hield met technologische vooruitgang en innovatie in de landbouw. Daarnaast nam hij geen andere factoren mee die van invloed zijn op de voedselproductie, zoals klimaat en politieke situaties.

Slide 15 - Tekstslide

Geef uitleg over de kritiek op de theorie van Malthus en bespreek met de leerlingen waarom deze kritiek terecht zou kunnen zijn.
De theorie van Boserup

Dreigend voedselkort stimuleert ontwikkeling van nieuwe methoden in de voedselproductie
Negentiende eeuw:
    - mechanisatie
    - irrigatie
    - kunstmest
Voedselproductie blijft groot genoeg
Draagkracht van een gebied neemt stapsgewijs toe
Bevolking kan blijven groeien (?)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillen tussen de theorieën
De theorieën van Malthus en Boserup verschillen sterk van elkaar. Waar Malthus pessimistisch was over de toekomst van de mensheid, was Boserup juist optimistisch. Malthus zag bevolkingsgroei als een probleem dat opgelost moest worden, terwijl Boserup het als een kans zag voor innovatie en vooruitgang.

Slide 17 - Tekstslide

Beschrijf de verschillen tussen de theorieën van Malthus en Boserup en vraag de leerlingen om voorbeelden te geven van situaties waarin de theorie van Malthus van toepassing zou kunnen zijn en situaties waarin de theorie van Boserup van toepassing zou kunnen zijn.
Toepassingen van de theorieën
De theorieën van Malthus en Boserup worden vaak gebruikt in de politiek en economie om beleid te maken. Door te kijken naar bevolkingsgroei en voedselproductie kan er bijvoorbeeld beleid gemaakt worden om hongersnood te voorkomen of om duurzame landbouw te stimuleren.

Slide 18 - Tekstslide

Geef voorbeelden van toepassingen van de theorieën van Malthus en Boserup in de praktijk.
Wat is jou mening?
Theorie van Malthus - Theorie van Boserup

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 3
Aantasting van het milieu

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Milieuaantasting in de bodem
Vormen van milieuaantasting:
  • Vervuiling 
  • Eutrofiëring
  • Verzilting
  • Uitputting
  • Verzuring

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervuiling
Door schadelijke stoffen
- met name door mijnbouw, industrie en landbouw

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eutrofiëring
Te veel voedingsstoffen
   - door overmatig gebruik van mest en kunstmest
    - door uitstoot van stikstofhoudende gassen (verkeer en de industrie )

Algen in een meer ( eutrofiëring)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verzilting
Toename zoutgehalte
- door irrigatie in de landbouw

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Uitputting
Achteruitgang van bodemkwaliteit
    - door te intensief grondgebruik in de landbouw

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verzuring
Het neerslaan van verzurende stoffen
    - door uitstoot in de landbouw en industrie
(salpeterzuur / zwavelzuur)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Milieuaantasting in de lucht
-Uitstoot van fijnstof, komt vrij bij:
  • verbranding fossiele brandstoffen
  • verwerking van materialen in industrie
  • verwaaien van mest- en strodeeltjes in de landbouw
  • opwaaien van bodemdeeltjes
- Verbranding van fossiele brandstoffen 
er komt veel CO2 in de atmosfeer.
broeikasgas houdt warmte vast.




Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Milieuaantasting in het water
Watervervuiling
- (semi)periferie: weinig milieuregels
- rijkere landen: ongelukken in de industrie
Eutrofiëring
- leidt tot sterke algengroei en zuurstoftekort
Lozing van koelwater
- toename van watertemperatuur leidt tot afname zuurstofgehalte
Toename zeewatertemperatuur en verzuring van oceanen
- zeer schadelijk voor zeeorganismen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatverandering
- CO2 (broeikasgas) houdt warmte vast
- gletsjers en zee-ijs smelten
- de zeespiegel stijgt
- buien worden heviger
- orkanen komen vaker voor en worden krachtiger
- gebieden worden droger of natter

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Oplossingen milieuaantasting?

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 4
Klimaatverandering

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enquête 
Ga naar www.jouwmening.nu
Vul de code in: RZEASWOX
  • Beantwoord de 32 vragen individueel.
  • Klik eerst op het vierkantje, verschuif deze erna.
Bedankt!



Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

klimaatverandering

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Greta Thunberg

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is klimaatverandering volgens jullie?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verandering

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het versterkte broeikaseffect
Broeikasgassen zijn van levensbelang!
Versterkt broeikaseffect:
    - toename van broeikasgassen door menselijke activiteiten
    - meer warmte in de atmosfeer vastgehouden
    - wereldwijde temperatuurstijging

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg het verschil uit tussen het broeikas effect en het versterkt broeikaseffect.

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De koolstofkringloop
Alle koolstofverbindingen maken deel uit van de koolstofkringloop.
Koolstof circuleert tussen de verschillende chemische verbindingen op aarde.

Planten zetten CO2 om in koolhydraten en cellulose.
CO2 komt op allerlei manieren weer terug in de atmosfeer.

Koolstof C 
Koolstofdioxide CO2 - atmosfeer
Calciumcarbonaat CaCO3 - in kalksteen
koolstof belangrijkste onderdeel steenkool en aardolie

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke drie broeikasgassen zorgden vooral voor het versterkt broeikaseffect?

Slide 51 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zichzelf versterkende processen/terugkoppelingen
IJs in de poolgebieden smelt
- aardoppervlak wordt donkerder
- poolgebieden weerkaatsen minder zonnestraling en zenden meer infrarode straling uit.
(albedo-effect neemt af)
Atmosfeer wordt warmer en kan meer waterdamp bevatten
- waterdamp is een broeikasgas

De altijd bevroren ondergrond (permafrost) ontdooit
- broeigasgassen komen vrij
- organisch materiaal gaat rotten; meer broeikasgassen komen vrij

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen van klimaatverandering
Gletsjers en ijskappen smelten
 - watertekorten
 - zeespiegelstijging
 - grote gevolgen voor kustgebieden
Extreme weersverschijnselen komen vaker voor
- droge gebieden: grotere neerslagtekorten
- mislukte oogsten, voedseltekorten, bosbranden
- rond de keerkringen: meer en krachtigere orkanen
- veel schade en slachtoffers
- gematigde klimaatgebieden: hoosbuien, krachtige stormen, hittegolven
- economische schade, sterfgevallen

Tipping points

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
  • Zoek zelfstandig de kantelpunten/tipping points op.

  • Beschrijf welke temperatuurstijging er voor zorgt dat het proces onomkeerbaar is.

  • Benoem minstens 10 punten en leg in eigen woorden uit wat dit betekent.

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 
Donderdag 30-5, 3e uur: 
Maken online paragraaf 4.4 
Leren 4.2 & 4.4 

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies