Je weet dat klimaatverandering zorgt voor zeespiegelstijging en een onregelmatigere afvoer van rivieren.
Je kan uitleggen hoe het Deltaplan/Deltawerken ons beschermen tegen de zee.
Je kan uitleggen hoe getijden kunnen helpen bij kustverdediging.
Je kan voor de volgende maatregelen van Ruimte voor de Rivierbeschrijven wat er wordt gedaan om de rivier meer ruimte te geven: Dijkverlegging, aanleg nevengeul, uiterwaardvergraving, aanleg overloopgebied en kribverlaging.
Slide 3 - Tekstslide
KUST-VERDEDIGING
Alle maatregelen die voorkomen dat het land in zee verdwijnt.
Slide 4 - Tekstslide
ZANDMOTOR
Slide 5 - Tekstslide
Hoe kun je ruimte maken voor "de rivier"?
Slide 6 - Tekstslide
RUIMTE VOOR DE RIVIER
Slide 7 - Tekstslide
DIJKVERLEGGING
Het verplaatsen van de dijk om de rivier meer ruimte te geven.
Slide 8 - Tekstslide
AANLEG NEVENGEUL
Extra geul naast een rivier om bij hoogwater meer rivier water af te kunnen voeren.
Slide 9 - Tekstslide
UITERWAARD AFGRAVING
Het weghalen van grond uit de uiterwaard, zodat er meer ruimte voor water is.
Slide 10 - Tekstslide
AANLEG OVERLOOP
Lager stuk van een dijk waar water uit een overvolle rivier tijdelijk en gecontroleerd naar een polder kan stromen.
Slide 11 - Tekstslide
KRIBVERLAGING
Verlagen van de stenen dam in de rivier die de vaargeul stabiel houdt.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Op welke plek kan je het beste de kribben verlagen?
Slide 14 - Tekstslide
Op welke plek kun je het beste een dijkverlegging uitvoeren?
Slide 15 - Tekstslide
Op welke plek kun je het beste een overloop aanleggen?
Slide 16 - Tekstslide
RIVIEREN IN CHINA
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
AAN DE SLAG:
Open H8.1 en beantwoord deze doelen (maak een tekening?):
Je kan de volgende begrippen uitleggen: Stroomgebied, waterscheiding, debiet, regiem & piekafvoer.
Je weet dat de korte waterkringloop boven water plaatsvindt en de lange waterkringloop boven land.
Je kan een tekening maken van de water kringloop met de 7 onderdelen.
Je kan aangeven in een rivier waar de bovenloop, middenloop en benedenloop zijn.
Je kan 3 verschillende soorten rivier noemen.
timer
10:00
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Bovenloop,
Benedenloop
of Middenloop.
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Je kan aangeven in welk deel van de rivier het water het snelst en het langzaamst stroomt.
Teken mee in je schrift
Slide 26 - Tekstslide
Stroomgebieden en waterscheiding
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
WATERAFVOER (regiem)
Slide 29 - Tekstslide
WATERAFVOER
(piekafvoer)
RELIËF
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
DEBIET EN REGIEM
DEBIET
De hoeveelheid water die op een bepaald punt door een rivier stroomt in kubieke meters per seconde.
REGIEM
Schommelingen in de waterafvoer van een rivier (in de loop van een jaar).
Slide 32 - Tekstslide
Je weet dat de kortewaterkringloop boven water plaatsvindt en de langewaterkringloop boven land.
Typische SE vraag:
Leg het verschil uit
tussen de grote en
de kleine water-
kringloop
Slide 33 - Tekstslide
Je kan een tekening maken van de waterkringloop met de 7 onderdelen.
verdamping
condensatie
neerslag
bevriezen
smelten
afstromen
infiltratie
Open een nieuwe pagina in je schrift
Slide 34 - Tekstslide
Je kan een tekening maken van de waterkringloop met de 7 onderdelen.