Beknopte bijzin en foutieve beknopte bijzin

Deze les
Uitleg: beknopte bijzin
Oefenen met de beknopte bijzin opdr. 4 en 5 maken

Leesvaardigheid (opdracht bespreken)
Stillezen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Deze les
Uitleg: beknopte bijzin
Oefenen met de beknopte bijzin opdr. 4 en 5 maken

Leesvaardigheid (opdracht bespreken)
Stillezen

Slide 1 - Tekstslide

p. 158/159
We nemen samen de theorie door!
Let goed op en denk mee!

Slide 2 - Tekstslide

De beknopte bijzin
Beknopt = korter / ingekort

  • Een beknopte bijzin heeft geen onderwerp
  • Een beknopte bijzin heeft geen  persoonsvorm
  • Een beknopte bijzin heeft als vorm: te + infinitief, of een (on)voltooid deelwoord

Slide 3 - Tekstslide

Gezamenlijk oefenen
Opdracht 4!
Schrijf de antwoorden op!

Slide 4 - Tekstslide

In tweetallen
Maken: opdracht 5

Slide 5 - Tekstslide

Leesvaardigheid (Lezen blok 1)
- p. 30
- gemaakt en ingeleverd opdracht 2
- bekijk de volgende antwoorden: welke is de beste? waarom?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Deze les
- herhalen: beknopte bijzin
- uitleg foutief beknopte bijzin
- stillezen (boek 1)
- nieuwsquiz

 Doelen: Je weet wat een beknopte bijzin is
Je weet wanneer een beknopte bijzin foutief is en hoe je deze verbetert

Slide 8 - Tekstslide

Een beknopte bijzin heeft een onderwerp.
A
juist
B
niet juist

Slide 9 - Quizvraag

Beknopte bijzin
Kort opgeschreven!
Zonder PV of OND!

Hoofdschuddend keek de oude man de giechelende meiden na.
(beknopt)

Terwijl hij zijn hoofd schudde, keek de oude man de giechelende meiden na.
(gewone bijzin)

Slide 10 - Tekstslide

Een beknopte bijzin heeft een persoonsvorm
A
juist
B
niet juist

Slide 11 - Quizvraag

Foutief beknopte bijzin
Wachtend op het perron bleek de trein al vertrokken. 

Reagerend op uw e-mail ontvangt u hier de door u gevraagde folders.

Vraag 1: Wat is de beknopte bijzin en wat de hoofdzin?

Slide 12 - Tekstslide

Foutief beknopte bijzin
Wachtend op het perron bleek de trein al vertrokken. 

Reagerend op uw e-mail ontvangt u hier de door u gevraagde folders.

Vraag 2: Wat is het denkbeeldige onderwerp in de beknopte bijzin?

Vraag 3: Is dat hetzelfde als het onderwerp in de hoofdzin?

Slide 13 - Tekstslide

Foutief beknopte bijzin
Wachtend op het perron bleek de trein al vertrokken. (De trein staat niet op het perron te wachten)
Reagerend op uw e-mail ontvangt u hier de door u gevraagde folders. (degene die reageert, is niet de ‘u’ die ontvangt).

Slide 14 - Tekstslide

dus...
Bij een goede beknopte bijzin moet het denkbeeldige onderwerp hetzelfde zijn als het onderwerp in de hoofdzin!

Slide 15 - Tekstslide

Een foutieve beknopte bijzin....
moet verbeterd worden door er een gewone bijzin van te maken met een eigen onderwerp.

Slide 16 - Tekstslide

Aangekomen bij ons vakantiehuisje bleek het naast een drukke snelweg te liggen.
onderwerp hoofdzin = het (huisje)
onderwerp beknopte bijzin = we
DUS VERBETEREN:
Toen we waren aangekomen bij het vakantiehuiskje, bleek het naast een drukke snelweg te liggen.

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen maar...
Maak in tweetallen opdracht 8 en 9 (p. 161)

Slide 18 - Tekstslide

Stillezen

Slide 19 - Tekstslide

Nieuwsquiz

Slide 20 - Tekstslide