KERN 25: werkwoordspelling
-
Sterke w.w.: veranderen van klank in verleden tijd.
Bijvoorbeeld: ik doe - ik deed, zij vindt - zij vond.
Zwakke w.w. : veranderen niet van klank.
- De kaars brandt - de kaars brandde.
Onregelmatige w.w.: veranderen van klank én vorm.
- Kunnen: ik kan, jij kon.