Klas 4 praten en woordenboek en lezen

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Le programme d'aujourd'hui

• parler (un peu)
  
• oefenen met het woordenboek
  
• lire
  

Parler

A	B
Hallo	Hallo! Hoe gaat het?
En gaat goed, en met jou?	Het gaat goed.
Hoe heet jij?	Ik heet...
Waar woon jij?	Ik woon in ...
Hoe oud ben jij?	Ik ben ...

Comment utiliser un dictionnaire?

Hoe gebruik je een woordenboek?

1. De woorden staan op alfabetische volgorde.
2. Gebruik de gidswoorden boven aan. Deze geven het 1e woord en het laatste woord van die pagina aan en helpen je beter zoeken naar het woord. 
3. Bedenk welke vertaling het meest logisch in de zin is.
4. Zoek naar de stam van het woord!

1

2

3

4

5

6

7

8

9

ampoule

annonce

annulaire

anticiper

apaiser

apparaître

apparent

appuyer

aptitude

Stam van het woord

Il faisait trop froid dehors                         >   stam = faire

Elle avait aimé son nouveau portable  >   stam = avoir + aimer

Elle était très fatiguée.                              >   stam = être

Tués par les produits toxiques                >   stam = tuer

Cette organisation lutte contre...            >   stam = lutter

Il travaille lentement.                                 >   stam = lent

Stam van het (werk)woord

Il faisait trop froid dehors                         >   stam = 

Elle a aimé son nouveau portable            >   stam = 

Elle était très fatiguée.                              >  stam = 

Tués par les produits toxiques                 >   stam = 

Cette organisation lutte contre...             >   stam = 

Il travaille lentement.                               >   stam =

Devine le mot 

Het raden van een woord is ook een vaardigheid die je kunt ontwikkelen. Zo hoef je niet elke keer het woordenboek erbij te pakken.  

Je kan de betekenis soms uit een zin halen, het woord kan op het Nederlands lijken of misschien herken je al een deel van het woord. 

Wat is de stam van het volgende woord en wat betekent het:
parlent

Wat is de stam van het volgende woord en wat betekent het:
rapidement

Wat is de stam van het volgende woord en wat betekent het:
bonnes

Wat is de stam van het volgende woord en wat betekent het:
pauvres

Texte 12

Welke oplossing hoort bij welk raadsel?

Let op: je houdt één (foute) oplossing over.

a une grenouille

b un lit

c un parapluie

d un timbre

e la pêche

Wat hebben we geleerd?

• We hebben geoefend met praten
  
• We weten meer over het gebruik van het woordenboek
  
• We hebben geoefend met lezen