2.1 les 2

Voeding en vertering
2.1 deel 2
Vertering van glucose
Energiewaarde
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voeding en vertering
2.1 deel 2
Vertering van glucose
Energiewaarde

Slide 1 - Tekstslide

Welke groepen voedingsstoffen ken je nog (het zijn er 6 in totaal).

Slide 2 - Open vraag

Groepen voedingsstoffen
In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen

Deze zes soorten voedingsstoffen vervullen een bepaalde functie in het lichaam

Slide 3 - Tekstslide

Welke van de voedingsstoffen kunnen een brandstof zijn?
Wel
Niet
Eiwitten
Vetten
Koolhydraten
Vitamines
Mineralen
Water

Slide 4 - Sleepvraag

Kunnen deze stoffen wel of geen reservestof zijn?
Wel
Niet
Eiwitten
Vetten
Koolhydraten
Vitamines
Mineralen
Water

Slide 5 - Sleepvraag

Samengevat

Slide 6 - Tekstslide

Vezels
Onverteerbare plantenresten

Zorgen voor goede darmwerking

Slide 7 - Tekstslide

Glucose (Koolhydraat/suiker)
Glucose en andere suikers zijn een belangrijke brandstof

In je bloed zit altijd een bepaalde hoeveelheid suiker, dat schommelt rond de 0,1 %

Slide 8 - Tekstslide

Normwaarde
.




Te veel suiker in bloed ---> opslaan

Te weinig suiker in bloed ---> reserves gebruiken

Slide 9 - Tekstslide

Glucose opslaan
Bij een te hoge 'bloedsuiker':
In de lever en spieren wordt glucose aan elkaar gekoppeld tot glycogeen

Slide 10 - Tekstslide

Glucose reserves gebruiken
Bij een te lage 'bloedsuiker':
Glycogeen voorraad wordt gebruikt en weer omgezet naar glucose

De vrijgekomen glucose gaat naar de cellen die het nodig hebben

Slide 11 - Tekstslide

Hoe werkt het?
De alvleesklier maakt 2 hormonen:

Insuline: hierdoor gaat de lever glucose OPSLAAN als glycogeen

Glucagon: hierdoor gaat de lever glycogeen AFBREKEN tot glucose

Slide 12 - Tekstslide

Teveel glucose --> opslag
Te weinig glucose --> vrijmaken

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de rol van insuline, gemaakt door de alvleesklier?
A
Het zorgt dat de lever en spieren glucose opnemen en omzetten tot glycogeen
B
Het breekt glucose af
C
Het zorgt dat de lever glycogeen afbreekt tot glucose
D
Het breekt glycogeen af

Slide 14 - Quizvraag

Energiewaarde
Eiwitten, koolhydraten en vetten kunnen verbrand worden, hierbij komt energie vrij wat je lichaam kan gebruiken

De energiewaarde per stof is niet voor elke stof gelijk ...

Slide 15 - Tekstslide

Welke stof heeft de hoogste energiewaarde?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Vetten

Slide 16 - Quizvraag

Energiewaarde per voedingsstof
Per 1 gram stof die je cellen 'verbranden' krijg je:

Eiwit:                   4 kcal       (17 kJoule)
Koolhydraat:    4 kcal      (17 kJoule)
Vet:                      9 kcal       (38 kJoule)

1 kCal = 4,2 Joule

Slide 17 - Tekstslide

Aan het werk
Thema 2, par 1
Opdracht 4

Klaar? Test-jezelf van 2.1 en 2.6 alvast doorlezen

Slide 18 - Tekstslide