2VWO Tekstbegrip Tekstverbanden oktober 2023

We beginnen met 8 min lezen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

We beginnen met 8 min lezen

Slide 1 - Tekstslide

H3 Lezen
Tekstverbanden en signaalwoorden (2)

Slide 2 - Tekstslide

Deze les...
  • Tien minuten lezen
  • wat weet je nog?
  • informatieve tekst en interviewverslag + opdrachten maken

Slide 3 - Tekstslide

Toetsstof
De theorie die geleerd moet worden, is de volgende: Leesstrategieën (blz. 241), Tekstverbanden (blz. 23 en 102), Titel en onderwerp (blz. 26), Hoofdgedachte (blz. 27), Informatieve tekst (blz. 98), Interviewverslag (blz. 99), Functies inleiding (blz. 101) en Functies slot (blz. 101).

Slide 4 - Tekstslide

Wat geeft de hoofdgedachte van een tekst weer?

Slide 5 - Tekstslide

Theorie (hoofdgedachte)
  • Eén zin (dus MET PV).
  • Het belangrijkste wat de schrijver over het onderwerp zegt.
  • Vaak in de inleiding of het slot te vinden.
  • Soms letterlijk in de tekst, soms zelf maken.

! Hoofdgedachte uit informatieve tekst = feiten !
! Hoofdgedachte uit betogende tekst = mening (+ argument) !

Slide 6 - Tekstslide

Terugblik Lezen
  • Welke tekstverbanden ken je nog?
  • Vandaag informatieve tekst en interviewverslag
  • Blz 98 en 99

Slide 7 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
Hoofdstuk 2 lezen : opdr. 3,4,5,6

Slide 8 - Tekstslide

kahoot over signaalwoorden

Slide 9 - Tekstslide

huiswerk voor vrijdag
blz 106 opdr. 18+20+21

Slide 10 - Tekstslide

Tekstverbanden

Slide 11 - Woordweb

Wat is het verschil tussen een oorzakelijk en redengevend verband?

Slide 12 - Open vraag

Welk tekstverband?

Veel mensen klagen als het waait en regent, maar ik houd juist van dat onstuimige weer.
A
concluderend
B
tegenstellend
C
oorzakelijk
D
opsommend

Slide 13 - Quizvraag

Welk tekstverband?

Doordat het vannacht gevroren had, gleed mijn buurvrouw vanmorgen uit met haar fiets.
A
concluderend
B
tegenstellend
C
oorzakelijk
D
opsommend

Slide 14 - Quizvraag

Lezen H3: Tekstverbanden
- Doel-middelverband: geeft aan welk middel gebruikt wordt om een bepaald doel te bereiken.
- Signaalwoorden: opdat, zodat, om te, door middel van, met behulp van

Pizzadeeg moet je minstens tien minuten kneden, zodat het mooi soepel en elastisch wordt.

Slide 15 - Tekstslide

Lezen H3: Tekstverbanden
- Samenvattend verband: geeft een verkorte weergave van informatie uit de tekst.
- Signaalwoorden: kortom, samengevat, met andere woorden, al met al

We hebben nu tien tekstverbanden behandeld. Samengevat kun je wel stellen dat je al heel wat tekstverbanden kent.

Slide 16 - Tekstslide

Lezen H3: Tekstverbanden
- Voorwaardelijk verband: maakt duidelijk onder welke voorwaarden iets gebeurt.
- Signaalwoorden: als (... dan), indien, tenzij, wanneer, mits

Je kunt een voldoende halen voor de leestoets, mits je het huiswerk maakt.

Slide 17 - Tekstslide

Welk tekstverband?

Vincent doet altijd goed mee met de training, zodat hij een goede kans heeft op een basisplaats.
A
samenvattend
B
oorzakelijk
C
doel-middel
D
vergelijkend

Slide 18 - Quizvraag

Welk tekstverband?

Lidewij is gek op chips en koekjes. Daarnaast smult ze graag van gebakjes en ijs.
A
samenvattend
B
opsommend
C
doel-middel
D
vergelijkend

Slide 19 - Quizvraag

Welk tekstverband?

Simon is twee koppen groter dan ik.
A
samenvattend
B
opsommend
C
doel-middel
D
vergelijkend

Slide 20 - Quizvraag

Aan de slag!
Gezamenlijk lezen Lezen H3, tekst 1, blz. 77
Zelfstandig maken Lezen H3, opdracht 1 blz. 77


Slide 21 - Tekstslide