H4_Verben haben, sein, werden tt + vt + voltooid deelwoord

K1C: werkwoorden 

haben, sein, werden

tegenwoordige tijd = Präsens
verleden tijd = Präteritum
votooide tijd = Perfekt
pag. 21
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

K1C: werkwoorden 

haben, sein, werden

tegenwoordige tijd = Präsens
verleden tijd = Präteritum
votooide tijd = Perfekt
pag. 21

Slide 1 - Tekstslide

Overzicht
Bekijk de vormen:
Textbuch Seite 21

Leer!

Slide 2 - Tekstslide

K1C: werden

werden (=worden/zullen)
tegenwoordige tijd

toekomst: Ik ga studeren = Ich werde studieren

Slide 3 - Tekstslide

Overzicht
werden

Präsens + Präteritum

Slide 4 - Tekstslide

worden
........ du gestern 15?.

Slide 5 - Open vraag

zullen
........ sie kommen?

Slide 6 - Open vraag

worden
Ich ........ Pilot.

Slide 7 - Open vraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
hatte
hattest
hatte
hatten
hattet
hatten

Slide 8 - Sleepvraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
war
warst
war
waren
wart
waren

Slide 9 - Sleepvraag

K1 C: Verleden tijd #2.0
mixed

Slide 10 - Tekstslide

Präteritum
vt
= verleden tijd

Het is geweest en is herkenbaar aan woorden zoals: 
gestern, voriges Jahr, letzte Woche usw.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe weet je welke tijd? -> Signaalwoorden!

Präteritum (=vt): 
1978, gestern, vor einer Stunde, vorige Woche, letztes Jahr,....
Letzte Woche hatte ich einen Test.

Perfekt (=voltooide tijd):
2 gaatjes:-) Gestern......... ich einen Test ................

Slide 12 - Tekstslide

Hoe weet je welke tijd? -> Signaalwoorden!

Zukunft (=toekomstige tijd): werden
morgen, nächste Woche, in fünf Jahren, später,......
Ich werde morgen 15 Jahre.

Slide 13 - Tekstslide

zijn
....... du stolz auf mich?
A
wirst
B
bist
C
hattest
D
warst

Slide 14 - Quizvraag

worden
Die Stimmung ......... gestern immer besser.
A
wird
B
ist
C
wurde
D
war

Slide 15 - Quizvraag

gaan
In fünf Jahren ....... ich meine Freundin heiraten.
A
werde
B
habe
C
wurde
D
bin

Slide 16 - Quizvraag

worden
Warum ....... du böse ...........?
A
hast geworden
B
bist geworden
C
wurdest
D
warst geworden

Slide 17 - Quizvraag

hebben
Meine Mutter ........ letzte Woche eine Verabredung.
A
hat
B
war
C
wurde
D
hatte

Slide 18 - Quizvraag

werden
Er ............. totaal von ihr enttäuscht.

Slide 19 - Open vraag

worden/zullen
............ ihr schonmal enttäuscht?

Slide 20 - Open vraag

hebben
Ich ........... mich nicht unterkriegen lassen.

Slide 21 - Open vraag

worden/zullen
Früher ............. er Pilot.

Slide 22 - Open vraag

worden/zullen
Damals .......... mein Vater wirklich böse.

Slide 23 - Open vraag

worden/zullen
Neulich ........ die Probleme endlich geklärt.

Slide 24 - Open vraag

hebben
...... ihr heute Morgen Besuch?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Helder? Wat moet nog aangevuld worden?

Slide 27 - Tekstslide