2HVd les 12 herhaling voornaamwoorden

Welkom 2HVd
Taalvoutje

Zie jij de fout hiernaast?
Hoe zou jij die corrigeren?
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom 2HVd
Taalvoutje

Zie jij de fout hiernaast?
Hoe zou jij die corrigeren?

Slide 1 - Tekstslide

me = mijn
welk woordsoort?
(voor)lezen
Pak je boek, sla open en kruip in de wereld van Smartpark.

Wie wil er voorlezen?
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

planning van deze les
  • samen lezen (10 min)
  • terugblik (20 min)
  • zin ontleden uit de grabbelton (5 min)
  • vragen woordsoorten?
  • aan de slag: toetsvragen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lesdoel

  • je kent alle nieuwe voornaamwoorden, je hebt ermee geoefend
  • je hebt (weer) even geoefend met ontleden zinsdelen
  • je weet (weer) het verschil tussen hww, zww en kww


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgens de dokter is Lisa kerngezond.
wwg of ng?
A
wwg
B
ng

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De pup moet zeker nog twee nachten in de bench blijven.
wwg of nwg?
A
wwg
B
ng

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

terugblik
  1. Wat is de overeenkomst tussen een zww en kww?
  2. Wat is het verschil tussen een zww en kww?
  3. Wat doet een hulpwerkwoord?
timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen + antwoorden
  1. Wat is de overeenkomst tussen een zww en kww?
  2. allebei het hoofdwerkwoord in een zin (betekenisdrager)
  3. Wat is het verschil tussen een zww en kww?
  4. zww = geeft een activiteit weer, doe werkwoord. 
  5. kww = 'koppelt' het onderwerp aan een naamwoord (zn of bn). Kww is één van de negen ww: zwabbels + hdv.
  6. hww =  helpt een ander ww (zww of kww)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Die jongen schijnt enorm goed te zijn in tennis.
  • Noteer alle ww en zeg daarna tot welke soort ze behoren. Kies uit: hww, zww en kww.

  • schijnt = hww
  • zijn = kww


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Om die grap heb ik zo enorm hard moeten lachen.
  • Noteer alle ww en zeg daarna tot welke soort ze behoren. Kies uit: hww, zww en kww.

  • heb = hww
  • moeten = hww
  • lachen = zww


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb jij je boeken meegenomen vandaag?
  • Noteer de voornaamwoorden uit deze zin en benoem ze. Kies uit: persoonlijk, bezittelijk, aanwijzend en vragend vnw. 

  • jij = persvnw
  • je = bezit vnw


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb jij die boeken meegenomen vandaag?
  • Noteer de voornaamwoorden uit deze zin en benoem ze. Kies uit: persoonlijk, bezittelijk, aanwijzend en vragend vnw. 

  • jij = persvnw
  • die = aanwijzend vnw


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga zwemmen vanmiddag, want het wordt heel mooi weer.
  • Wat is de structuur van deze zin? nevenschikkend/onderschikkend?
    wat is het voegwoord?

  • HZ + HZ
  • nevenschikkend
  • want


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

grabbelton zin

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Max Verstappen is toch niet verslagen door die sterke tegenstander.
Ontleed de zin in zensdelen

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

woordsoorten, zijn er vragen?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

toetsvragen uit de grabbelton

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

thuis aan de slag
met kwizl
grammatica boekje
cambiumned.nl

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goed gewerkt, tot de volgende!

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

meegekeken in Kwizl
Het naamwoordelijk gezegde!

Vind je dit niet moeilijk?
Ga aan de slag met opdrachten in Kwizl of in je grammaticaboekje

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

samengevat
  • Het nw gezegde bestaat uit twee delen: een ww deel + nw deel
  • Het ww deel bevat een koppelwerkwoord; de betekenisdrager (één swabbels + hdv)
  • meest voorkomende kww: zijn, worden en blijven
  • ww 'koppelt' het onderwerp aan het nw deel
  • nw gezegde zegt wat het ond is (ww gezegde zegt wat het ond doet)
  • nw deel bevat een naamwoord: zelfstandig of bijvoeglijk naamwoord


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbeeld
Hij is twintig jaar geleden dokter geworden.
Hij | is | twintig jaar geleden | dokter | geworden.
pv = is + ww rest = geworden = kww worden
ond = hij
nwg = is dokter geworden
lv = -
mv = -
bwb = twintig jaar geleden

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies