H8 Geluid par 8.1 en 8.2

 Geluid
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2,3

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Geluid

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

LESDOELEN

Slide 3 - Tekstslide

 1. Je kunt een aantal geluidsbronnen noemen.
2. Je kunt uitleggen hoe het geluid van een geluidsbron zich                    verspreidt tot je oren het geluid opvangen.
3. Je kunt uitleggen wat je nodig heb om geluid te kunnen horen.
4. Je kunt beschrijven hoe je geluid hoort.
5. Je weet wat de toonhoogte van een snaar veranderd.
6. Je kunt uitleggen wat de frequentie is van een trilling.
7. Je weet het verband tussen de frequentie en de toonhoogte.
8. Je kunt in een oscilloscoopbeeld de trillingstijd van een toon             bepalen.
9. Je kent het frequentiebereik van het menselijk gehoor benoemen.
10.Je kunt de frequentie van een toon berekenen met de trillingstijd.

Slide 4 - Tekstslide

Om geluid te horen heb je nodig:
  • geluidsbron
  • tussenstof
  • ontvanger 

Slide 5 - Tekstslide

Geluidsbron

Slide 6 - Tekstslide

Geluidsbron

Slide 7 - Tekstslide

Tussenstof

Slide 8 - Tekstslide

Ontvanger

Slide 9 - Tekstslide

Ontvanger

Slide 10 - Tekstslide

Geluid horen

Slide 11 - Tekstslide

Geluid horen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Hoe beweegt geluid

Slide 14 - Tekstslide

Toonhoogte of frequentie snaarinstrumenten
- dikte snaar               Dikke snaar lager toon
- lengte snaar             Lange snaar lagere toon
- strakheid snaar        Strakkere snaar hogere toon

Slide 15 - Tekstslide

Met een oscilloscoop kan je geluid zichtbaar maken

Slide 16 - Tekstslide

De toonhoogte wordt bepaald door het aantal golven oftewel trillingen
Hoe meer trillingen hoe hoger de frequentie

Slide 17 - Tekstslide

Hoe hoger de toon, hoe hoger de frequentie

Slide 18 - Tekstslide

De frequentie van een toon berekenen
frequentie is 1 gedeeld door de trillingstijd
trillingstijd
_________
1
frequentie =

Slide 19 - Tekstslide

Omrekenen
1 uur = 60minuten          1minuut  = 1/ 60 uur
1 minuut = 60 seconde  1s = 1 / 60 minuten
1 seconde = 1000 ms       1ms = 1 / 1000 s
|
|
|

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

elk hokje geeft een trillingstijd. je moet kijken naar het aantal hokjes en deze vermenigvuldigen met de aangegeven trillingstijd

Slide 22 - Tekstslide

Bereken de frequentie van de stemvork in afbeelding 6. Ieder hokje komt overeen met 0,001 s.

gegevens

gevraagd

uitwerking


Slide 23 - Tekstslide

De mens kan geluid horen tussen de 20Hz en de 20.000 Hz alles daarboven of daaronder is niet waar te nemen voor ons. 

Slide 24 - Tekstslide