Islam

De islam
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GVOBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

De islam

Slide 1 - Tekstslide

Islam

Slide 2 - Woordweb

Doelen van deze les
Je kent 3 kenmerken van de Islam

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een moslim?
Een moslim is iemand die gelooft dat Allah de enige god is.
De profeet Mohammed was de boodschapper van Allah heeft het geloof aan de mensen doorgegeven. Dit geloof heet de islam.
Er leven op de hele wereld meer dan een miljard moslims. 

Slide 4 - Tekstslide

God = Allah?
Allah is het Arabische woord voor God. Je kunt ‘Allah’ en ‘God’ door elkaar heen gebruiken, want het betekent hetzelfde.
Het woord islam komt uit het Arabisch en betekent: ‘overgave aan Allah’ en ‘vrede aangaan’.

Slide 5 - Tekstslide

Andere jaartelling
  • Christenen tellen vanaf het moment dat Jezus geboren werd.
  • De moslim kalender is begonnen in het westerse jaar 622 na Christus.
  • Het jaar 2000 is omgerekend in het moslim jaar 1422.
  • Dus 2023 - 622 is nu het moslimjaar...




Slide 6 - Tekstslide

Het symbool
Het symbool van de Islam bestaat uit een halve maan en een ster met vijf punten. De punten van de ster staan voor bidden, geven aan de armen, vasten, een tocht naar Mekka en de geloofsbelijdenis.

Slide 7 - Tekstslide

De vijf zuilen

Slide 8 - Tekstslide

De hadj
In de Islam is het belangrijk dat je een pelgrimstocht maakt. Dat betekent dat je reist naar een heilige plaats. Voor de Islam is dit Mekka, daar staat de Kaäba. 

Ze moeten dan zeven rondjes om dit gebouw heen lopen.

Slide 9 - Tekstslide

Titel
Tekst

Slide 10 - Tekstslide

Heilige boek
De Koran is het heilige boek in de Islam. Vaak is de Koran aan de buitenkant mooi versierd met goud. Er staan verhalen in over heilige profeten en regels waar je je in de Islam aan moet houden.

Slide 11 - Tekstslide

De moskee
De moskee is een belangrijke plaats. Er kan worden gebeden en er worden stukken uit de Koran gelezen. Mannen en vrouwen zitten in aparte zalen. Ze knielen dan richting Mekka. 
Als je in een moskee komt, moet je je schoenen uitdoen.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Kleding
Vrouwen dragen een hoofddoek. Vaak beginnen meisjes tussen de 7 en 12 jaar deze te dragen.  
Sommige bedekken alleen de haren, maar er zijn ook hoofddoeken die het hele gezicht, behalve de ogen, bedekken. Er zijn zelfs sport hoofddoeken! 

Slide 14 - Tekstslide

Eten en drinken
De Koran zegt dat je halal moet eten. De dieren moeten dan geslacht zijn volgens belangrijke wetten. 

Ratten, varkens en roofdieren zijn niet halal en mogen daarom niet gegeten worden.

Slide 15 - Tekstslide

Eetgewoontes
  1. Verbod: Consumeren van varkensvlees.
  2. Verbod: Consumeren van bloed (dus het vlees moet doorbakken zijn)
  3. Verbod: Vlees wat niet ritueel geslacht is (dit geldt niet voor vis en sprinkhaan)
  4. Gebod: Allah moet over het vlees worden uitgesproken
  5. Gebod: Geen alcohol drinken

Slide 16 - Tekstslide

Welke god staat centraal in de islam?
A
Mohammed
B
Allah
C
Jezus
D
Niemand

Slide 17 - Quizvraag

Uit welk boek lezen de mensen van de islam?
A
De bijbel
B
Tenach
C
Thora
D
Koran

Slide 18 - Quizvraag

Waar staat de Kaäba?
A
Mekka
B
Den haag
C
Jeruzalem
D
Ankara

Slide 19 - Quizvraag

Wat mogen moslims WEL eten?
A
Varken
B
Ratten
C
Schapen
D
Gelei

Slide 20 - Quizvraag

Wat zijn de vijf zuilen?

Slide 21 - Open vraag