24B Kapitel 4 Grammatik C + Woordjes Lektion 4, 5

Vertaal:
fernsehen
A
vooruitzien
B
verrekijker
C
televisiekijken
D
vergezicht
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Vertaal:
fernsehen
A
vooruitzien
B
verrekijker
C
televisiekijken
D
vergezicht

Slide 1 - Quizvraag

Vertaal:
ziemlich
A
tamelijk
B
tijdelijk
C
zielig
D
zemelig

Slide 2 - Quizvraag

Vertaal:
In april regent het vaak.

Slide 3 - Open vraag

Wat is onjuist?
A
am 23. Mai
B
am 16 Uhr
C
im Sommer
D
am Freitag

Slide 4 - Quizvraag

Vertaal:
das Kino
A
de bioscoop
B
het theater
C
het café
D
het keno-spel

Slide 5 - Quizvraag

Vul in:

_____ 17 Uhr beginnt der Film.
A
Um
B
Im
C
Am
D
Über

Slide 6 - Quizvraag

Vul in:

________Sommer ist es warm.
A
Um
B
Am
C
Nach
D
Im

Slide 7 - Quizvraag

Vertaal:
ab
A
af
B
vanaf
C
sinds
D
of

Slide 8 - Quizvraag

Vul in:

Meine Oma besucht mich ____ Freitag
A
im
B
um
C
über
D
am

Slide 9 - Quizvraag

Vul in:

_____ Frühling scheint oft die Sonne
A
Um
B
Am
C
Im
D
Seit

Slide 10 - Quizvraag