Les 1 en 2 Week 45

Restaurant
Reisen
Les 1 a
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Restaurant
Reisen
Les 1 a

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute
-  Uitdelen module N
Handelingsdeel uitleggen
Studiewijzer doornemen
Welke toetsen periode 2?
Les 1 maken Wörter en Grammatik & nakijken
Werken aan je handelingsdeel-

Slide 2 - Tekstslide

Toetsen Periode 2
Pak je studiewijzer en je Textbuch
SE C, D en E 


Periode 1 = 20%
Totaal na periode 2 = 70%!!


Mondeling
Voortgangstoets
Lesen

Slide 3 - Tekstslide

Wörter & Grammatik
Maak de opdrachten Wörter und Grammatik in je werkboek
Seite 2 en 3

Slide 4 - Tekstslide

 Uitleg handelingsdeel
Pak je handelingsdeel en luister naar de uitleg. 
PTA
O - V- G

Slide 5 - Tekstslide

 Werken aan het  handelingsdeel
Aan de slag!
Wat je in de les maakt hoef je thuis niet meer te doen. 

Slide 6 - Tekstslide

Hausaufgaben Freitag
Afmaken Aufgabe 1 und 2 Wörter und Aufgabe 1 Grammatik Seite 2 und 3

Wörterliste A Seite 14 leren 
DU - NE

vrijdag overhoor ik deze woorden!!

Slide 7 - Tekstslide

Spreken oefenen
Jullie krijgen allemaal een kaartje met een vraag of een antwoord. Zoek degene die het antwoord op jouw vraag heeft of de vraag bij jouw antwoord
Als iedereen zijn duo gevonden heeft gaan we het verhaal in de juiste volgorde zetten 

Slide 8 - Tekstslide

Restaurant
Reisen
Les 1 b

Slide 9 - Tekstslide

Antworten Wörter und Grammatik
 Übung 1 Wörter
1F 2H 3E 4C 5G 6O 7I 8M 9B 10N
11L 12A 13K 14J 15D
Übung 2
1. Ein Löffel
2. Vegetarisch
3. Backen
4. Ein Teller
5. Sauer
6. Kochen
6. Ein Messer
8. Süß


Übung 1 Grammatik

1. möchten / 2. Können/ 3. Kann / 4. Darf / 5. Dürfen / 6. Mag / 7. Muss / 8. mögen / 9. Möchte

1. Dan heb ik hier nog een tafel voor u. Wilt u iets drinken?
2. Wat kunt u ons aanbevelen.
3. Ik kan u het dagmenu aanbevelen.
4. Ik mag geen varkensvlees eten, ik ben allergisch.
5. U mag hier niet roken.
6. Hans houdt van Pizza Perperoni, dat is zijn lievenlingseten.
7. Hij moet zich haasten, anders komt hij te laat in het restaurant.
8. Wij houden van italiaans eten.
9. Ik zou graag u naam weten.

Slide 10 - Tekstslide