Hoorcollege 2 AMP

Hoorcollege 2 AMP
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
AMPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoorcollege 2 AMP

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we nog?

Slide 2 - Tekstslide

Welke van de volgende voedings- stoffen is een bouwstof (gebruikt bij de vorming van cellen en weefsels)?
A
eiwitten
B
koolhydraten
C
vetten
D
water

Slide 3 - Quizvraag

Insuline zorgt voor opname van suikers in het de cellen en weefsels
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

3.6 De mens gebruikt voedingsvezels voor de vorming van cellen en weefsels
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Organismen bestaan van klein naar groot uit:
A
cellen, organen, weefsels, orgaanstelsels
B
cellen, weefsels, organen, orgaanstelsels

Slide 6 - Quizvraag

Wat is waar?
A
Organen bestaan uit cellen
B
Cellen zijn weefsels
C
Cellen zijn organen
D
De longen zijn cellen

Slide 7 - Quizvraag

De huid kent 3 lagen.
Wat is de taak van de huid ?
A
bescherming tegen infecties
B
je kan ermee voelen
C
regelen van temperatuur
D
alle bovenstaande antwoorden zijn goed

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de huid?
A
orgaan
B
weefsel
C
orgaanstelsel
D
cel

Slide 9 - Quizvraag

Als er geen bloed naar je huid gaat, komt er geen voedingsstoffen en …... in de huid.
A
stikstofdioxide
B
stikstof
C
zuurstof
D
lucht

Slide 10 - Quizvraag

Er zit een blaar op de huid en de huid eromheen voelt soepel
A
Eerstegraads brandwond
B
Tweedegraads brandwon
C
Derdegraads brandwond

Slide 11 - Quizvraag

De huid:

De huid bestaat uit verschillende onderdelen. In welk deel liggen je zintuigen in de huid?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuidse bindweefsel

Slide 12 - Quizvraag

Je loopt naar buiten en krijgt het koud.
Wat gebeurt er in je huid?
De huid wordt
A
Bloedvaatjes worden wijd, spieren trekken samen
B
Bloedvaatjes worden nauw, spieren trekken samen
C
Bloedvaatjes worden wijd, zweetklieren produceren zweet
D
Bloedvaatjes worden nauw, zweetklieren produceren zweet

Slide 13 - Quizvraag

een donkere huid heeft een dikkere hoornlaag dan een blanke huid
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

In welke laag van de huid liggen de zintuigen van de huid?
A
Alleen in de opperhuid.
B
Alleen in de lederhuid.
C
In de opperhuid en in de lederhuid.
D
Alleen in het onderhuids bindweefsel.

Slide 15 - Quizvraag

Wat weten we nog over de pathologie 

Slide 16 - Tekstslide

Hoe heet de huidziekte die dit topmodel heeft, waarbij er pigmentloze vlekken op je lijf verschijnen?
A
herpes
B
psoriasis
C
vitiligo
D
rosacea

Slide 17 - Quizvraag

Wat is psoriasis?
A
Een auto immuun ziekte
B
Een huidziekte overdraagbaar bij aanraking
C
Een virusinfectie
D
Een bacteriële infectie

Slide 18 - Quizvraag

Wat is decubitus?
A
beschadiging van de huid ter hoogte van een botuitsteeksel.
B
Huidziekte door bacterieen
C
Brandwond

Slide 19 - Quizvraag

Jesper is onlangs op vakantie in Mallorca geweest. Hij blijkt schurft (een huidziekte) te hebben.
Wat is de meestvoorkomende manier waarop Jesper besmet zou kunnen zijn?
A
Via beddengoed
B
Via de lucht
C
Via insectenbeten
D
Via wc-gebruik

Slide 20 - Quizvraag

Wat is 'smet'?
A
De huid is beschadigd door veel huid-op-huid contact
B
Dat zijn vieze plekken op de huid
C
Dat is een besmettelijke huidziekte
D
De huid is op die plekke extra dik, zoals eelt bijv.

Slide 21 - Quizvraag

is eczeem een huidziekte, die veroorzaakt wordt door een ontstekingsreactie van de huid?
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Deze brandwond is?
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads

Slide 23 - Quizvraag

Een brandwond moet je....
A
koelen met lauw water
B
insmeren met zalf

Slide 24 - Quizvraag

Moet je bij een brandwond, de kleren op de brandwond eraf halen?
A
Nee
B
Ja

Slide 25 - Quizvraag

Dit is een ........ brandwond
A
Eerste graads
B
Tweede graads
C
Derde graads

Slide 26 - Quizvraag

Wat is een brandwond?
A
Een kneuzing van de huid
B
Een schrammetje van de huid
C
Een beschadiging aan de huid door bv warmte
D
Geen van deze antwoorden is juist

Slide 27 - Quizvraag

Is dit
decubitus of smet?
A
decubitus
B
Smet

Slide 28 - Quizvraag

Risicoplaatsen voor decubitus zijn
A
stuit, ellebogen en buik
B
billen en kuiten
C
stuit, schouders en achterhoofd
D
hielen, heupen en voorhoofd

Slide 29 - Quizvraag

Wat is decubitus?
A
een beschadiging van de huid die ontstaat door langdurige druk
B
een beschadiging van de huid die ontstaat door schuifkracht
C
een beschadiging van de huid die ontstaat door een combinatie van langdurige druk en schuifkracht
D
niet wegdrukbare roodheid

Slide 30 - Quizvraag

Er is geen preventie tegen decubitus
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Oorzaken van decubitus zijn
A
lang zittende houding
B
lang liggende houding
C
beschadigingen door sieraden,kruimels in bed
D
A, B en C zijn goed

Slide 32 - Quizvraag


Wat de definitie van decubitus?
A
een beschadiging van de huid die ontstaat door langdurige druk
B
een beschadiging van de huid die ontstaat door schuifkracht
C
een beschadiging van de huid die ontstaat door druk- en schuifkracht
D
een niet wegdrukbare roodheid van de huid

Slide 33 - Quizvraag

We kijken naar de spijsvertering

Slide 34 - Tekstslide

Spijsverteringstelsel

Slide 35 - Tekstslide

Opdracht
Vul in groepjes de vragen in ?

Slide 36 - Tekstslide

Vragen?

Slide 37 - Tekstslide

Slot

Slide 38 - Tekstslide