In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Wat weet je van studentenverenigingen?
Slide 2 - Woordweb
"Vindicat moet verboden worden." Eens of oneens? Leg uit waarom.
Slide 3 - Open vraag
lesdoelen betoog schrijven
- Je kent het doel van het betoog.
- Je kent het verschil tussen feitelijke en waarderende argumenten en kunt deze gebruiken.
- Je weet wat drogredenen zijn en kunt er enkele herkennen.
Tekst
Slide 4 - Tekstslide
drogredenen.... deze ken ik!
timer
1:00
Slide 5 - Open vraag
De stelling is: "Studentenverenigingen als Vindicat moeten verboden worden."
Typ eerst "eens" of "oneens"
Geef daarna een reden waarom je dit vindt.
Slide 6 - Woordweb
Soorten argumenten
Feitelijke argumenten; het is een feit, het is gewoon zo.
Waarderende argumenten; jij vindt dit persoonlijk, een ander kan iets anders vinden.
Slide 7 - Tekstslide
"Ik vind dat studentenverenigingen verboden moeten worden, want niemand zou zich bloot moeten stellen aan de beschamende activiteiten van een ontgroening."
A
feitelijk argument
B
waarderend argument
Slide 8 - Quizvraag
"Ik vind Parijs een mooie stad, want er zijn veel oude gebouwen."
A
feitelijk argument
B
waarderend argument
Slide 9 - Quizvraag
"Ik vind Parijs een mooie stad, want de geschiedenis van de stad is erg interessant."
A
feitelijk argument
B
waarderend argument
Slide 10 - Quizvraag
drogredenen
Slide 11 - Woordweb
Slide 12 - Video
Wat is het schrijfdoel van een betoog?
A
informeren
B
opiniëren
C
overtuigen
D
amuseren
Slide 13 - Quizvraag
Welke lesdoelen heb jij deze les behaald? Je kunt meerdere kiezen.
A
Ik weet wat drogredenen zijn en ik kan er enkele herkennen
B
Ik snap het verschil tussen waarderende en feitelijke argumenten
C
Ik kan zelf waarderende en feitelijke argumenten gebruiken
D
Ik weet waar een goed betoog aan moet voldoen qua vorm