Ned_don_4mrt_herhspelling(fictie)_Boek2_h1

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Terugblik 
Stillezen 
Uitleg (herhaling)
Samen oefenen (invullen LessonUp)
Evalueren
Vooruitblik 
Zelfstandig aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Hoe was de les gegaan?
Prima! 

Wat heb je gedaan?
Spelling + korte kennismaking











Slide 3 - Tekstslide

Materiaal: methodeboek Nieuw Nederlands, laptop, leesboek, schrift en pen

Afwezigheid of te laat (huiswerk) noteren 

Respect (docent, klasgenoten)

Individueel aan de slag, maar ook in (vaste) tweetallen

Mobiele telefoon (Kahoot! en LessonUp)

Bij een online les mag de microfoon uitgezet worden.

Slide 4 - Tekstslide

vanaf 1 maart 

lesdag 1 (dins) online les (waar is iedereen gebleven, vragen beantwoorden ed) 
lesdag 2 (woen) officiële kennismaking + spelling  
lesdag 3 (dond) spelling (evt fictie)
 
vanaf 8 maart  

lesdag 1 Test A test, A-vwo en test b 
lesdag 2  Herhaling n.a.v. test (plus leesverslag, kijkfragment) 
lesdag 3  Formatieve toets H1 en lezen (woonplaats/werkplaats en zelfstandige burgers). 
Let op: je leesboek is uit.

Slide 5 - Tekstslide

stillezen (10 min)
timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoel 
Je herkent en weet de verschillende werkwoordsvormen

De persoonsvorm tt spel je als stam + -t

De persoonsvorm vt van zwakke werkwoorden spel je als stam + te(n), als de letter in het ex-fokschaap zit, anders stam + de(n)

De overige werkwoordsvormen spel je zo kort mogelijk




Slide 7 - Tekstslide

weten jullie het nog?

Slide 8 - Tekstslide

't ex-fokschaap

Slide 9 - Tekstslide

't ex-fokschaap
Op het feest werd door iedereen gedanst/gedansd.

Hele werkwoord = dansen
Stam = dans (-en eraf)

dans eindigt op een -s
de -s zit in 't ex-fokschaap, bij het voltooid deelwoord komt er een -t.

Op het feest werd door iedereen gedanst.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide


Slide 13 - Tekstslide

Wat zijn zwakke werkwoorden?
A
Alle Engelse werkwoorden
B
Werkwoorden met te/ten of de/den achter de stam
C
Werkwoorden die van klank veranderen in de v.t.

Slide 14 - Quizvraag


Maak af:
Je ziet hier ...
A
sterke werkwoorden
B
zwakke werkwoorden
C
werkwoordvervoeging tegenwoordige tijd
D
werkwoorden die van klank veranderen

Slide 15 - Quizvraag

schema werkwoordspelling

Slide 16 - Tekstslide

(belanden) jouw oude telefoon in een la zodra je een nieuwe hebt?

Slide 17 - Open vraag

Sinds 2007 zijn er al zo'n tien miljard smartphones (produceren).

Slide 18 - Open vraag

.... (vinden) jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?
A
Vindt
B
Vind

Slide 19 - Quizvraag


Afgelopen weken (besteden) we veel tijd aan werkwoordspelling
A
besteden
B
besteede
C
besteedden
D
besteeden

Slide 20 - Quizvraag

werkwoordspelling
De jongens (begeleiden) gisteren de vrouw naar huis.
A
begeleiden
B
begeleidden
C
begeleidde
D
begeleden

Slide 21 - Quizvraag

Wie zijn toets goed ....... (voorbereiden), zal er veel van opsteken.
A
Voorbereidt
B
Voorbereid
C
Voorbereit
D
Voorbereidde

Slide 22 - Quizvraag

Wat ging goed?
Wat kan er de volgende keer beter?

Slide 23 - Tekstslide


Wat gaan we de volgende les doen?

lesdag 1 Test A test, A-vwo en test b
lesdag 2 Herhaling n.a.v. test (plus leesverslag, kijkfragment)
lesdag 3 Formatieve toets H1 en lezen 

Let op: je leesboek is uit.


Slide 24 - Tekstslide

Je gaat aan de slag met spelling afmaken.
Tekstboek deel 2, hoofdstuk 1.

Succes!

Ben je klaar? Goed gedaan!

Ga naar fictie (h1).



Slide 25 - Tekstslide