23 oktober spreekwoorden en uitdrukkingen herhalen, presentaties en spel

 23 oktober spreekwoorden en uitdrukkingen herhalen, presentaties en spel


Havo 2 periode 1 
week 9 (2e les )



1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

 23 oktober spreekwoorden en uitdrukkingen herhalen, presentaties en spel


Havo 2 periode 1 
week 9 (2e les )



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom H2a
plattegrond: 

timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom H2b 
plattegrond: 

timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Lezen >> 10 min. 
Presentaties 
Startopdracht: beeldspraakvormen
~pauze~
Spreekwoordenposter: vervolg
Spel 30 sec. 
Afsluiting

Studiesteun vandaag in A33!
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presentaties H2A


Issa
Reinier
Linde M.
Samuël 
timer
2:00
volgende keer (5 nov.):


de keer daarop (6 nov.):




Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presentaties H2B


Jolyn
Marit
Sifra
Koen
timer
2:00
volgende keer (5 nov.):




de keer daarop (7 nov.):




Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht
Open lessonup voor vragen over de 3 vormen van beeldspraak: 
vergelijking
metafoor
en 
personificatie
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij een vergelijking heb je....
A
een object en een beeld
B
alleen maar een beeld
C
een kenmerk van een persoon op een levenloos ding

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vergelijking in:
Zo fris als een.....
A
kipje
B
vis in het water
C
hoentje

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zo doof als een...
A
kabouter
B
spin
C
mol
D
kwartel

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hij? Pas op! Hij steelt als een....
A
vogel
B
hond
C
kat
D
raaf

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een metafoor heb je....
A
Alleen maar een beeld
B
Een beeld en de werkelijkheid
C
altijd het woordje ALS

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hij verhuist naar een paradijs.
A
Personificatie
B
Metafoor
C
Vergelijking

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met lood in zijn schoenen begon hij de wedstrijd.
A
personificatie
B
metafoor
C
vergelijking

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De wind huilt...
A
metafoor
B
personificatie
C
vergelijking

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het leven is een feest. Je moet alleen zelf de slingers ophangen.
A
vergelijking
B
personificatie
C
metafoor
D
zin 1 vergelijking zin 2 metafoor

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De samenleving is ziek.
A
is een metafoor
B
is een vergelijking
C
is een personificatie

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Spreekwoorden en uitdrukkingen


Vergelijkingen, metaforen en personificaties zijn 3 vormen van beeldspraak. 
Beeldspraak is figuurlijk taalgebruik. Dat wil zeggen dat er niet letterlijk wordt gezegd wat er wordt bedoeld.  
 
Ook komt beeldspraak regelmatig voor in spreekwoorden en uitdrukkingen.


Wat is het verschil tussen spreekwoorden en uitdrukkingen?

Slide 19 - Tekstslide

Een spreekwoord heeft een aantal belangrijke kenmerken. Ten eerste is de uitspraak figuurlijk bedoeld. Als je zegt: De appel valt niet ver van de boom, heb je het dus niet echt over een appel en een boom.
Ten tweede is een spreekwoord altijd een onveranderlijke zin. Van hoofdletter tot punt blijft het spreekwoord dus altijd hetzelfde. Van De appel valt niet ver van de boom kun je niet ineens De peer valt niet ver van de boom maken. Ja, het kan uiteraard wel, maar de betekenis is dan niet meer hetzelfde.
Spreekwoorden bevatten altijd een levenswijsheid. 
Aan het werk
Zoek de betekenissen op van minstens 6 spreekwoorden van de poster.
timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spel
Kom naar voren als je 
aan de beurt bent. 
Geef de 5 omschrijvingen
binnen 30 sec. 
De klas moet het raden. 
timer
0:30

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Check de doelen bij jezelf: 

  1. Je kent enkele uitdrukkingen en hun betekenis. 
  2. Je weet wat spreekwoorden zijn en kan daarvan voorbeelden noemen. 
  3. Je kunt presenteren voor een groep.  
timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende les na herfstvakantie: 
start periode 2 
apart schrift voor Nederlands! 
Vergeet je leesboek niet! 
Huiswerk:  
    Leer de uitdrukkingen en hun betekenis voor een quiz 
    H2A op 6 nov. en H2B op 7 nov. 
    + Boek (uit)lezen +
    5 nov.: 5-tal: presentatie geven!
    6/7 nov.: 5-tal presentatie geven! 

    Slide 24 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    Burger King
    aubergine
    draaimolen
    kiwi
    burgemeester
    timer
    0:30

    Slide 25 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    courgette
    lavendel
    kerstboom
    spiegelbeeld
    waterkoker
    timer
    0:30

    Slide 26 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    luchtballon
    Mc Donalds
    kers
    vergiet
    roos
    timer
    0:30

    Slide 27 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    tomaat
    bakker
    vloerbedekking
    schoenveter
    kwal
    timer
    0:30

    Slide 28 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    komkommer
    douchegordijn
    strontvlieg
    politieagent
    La Place
    timer
    0:30

    Slide 29 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    paasei
    Febo
    trein
    augurk
    paardebloem
    timer
    0:30

    Slide 30 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    aardbei
    slager
    zweefmolen
    waterkraan
    nijlpaard
    timer
    0:30

    Slide 31 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    achtbaan
    docent
    zeepaardje
    pollepel
    banaan
    timer
    0:30

    Slide 32 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    madeliefje
    vliegtuig
    schroevendraaier
    brandweerman
    kastanje
    timer
    0:30

    Slide 33 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    strontvlieg
    botsauto's
    placemat
    mango
    achterdeur
    timer
    0:30

    Slide 34 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    waterkraan
    haarspeldje
    zonnebloem
    tulp
    piloot
    timer
    0:30

    Slide 35 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    koekenpan
    metro
    druiven
    spookhuis
    vermenigvuldigen
    timer
    0:30

    Slide 36 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    croissant
    struik
    bestek
    paraplu
    walvis
    timer
    0:30

    Slide 37 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    step
    brillenkoker
    KFC
    lammetje
    engel
    timer
    0:30

    Slide 38 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    Australië
    gitaar
    deurmat
    ananas
    regenjas

    timer
    0:30

    Slide 39 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    onweer
    verkeersbord
    gordijnen
    mier
    nachtmerrie
    timer
    0:30

    Slide 40 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    thermosfles
    rits
    stoeptegel
    narcis
    vraagteken
    timer
    0:30

    Slide 41 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    Texel
    waterpas
    broekriem
    drumstel
    varken

    timer
    0:30

    Slide 42 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    schoorsteen
    stewardess
    sneeuwpop
    paard
    Rome


    timer
    0:30

    Slide 43 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    viool
    chocolade reep
    Rembrandt van Rijn
    korte broek
    snijplank

    timer
    0:30

    Slide 44 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    broodje knakworst
    Nederland
    balkon
    bloemkool
    hond
    timer
    0:30

    Slide 45 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    trompet
    boterham
    elastiekje
    Oostenrijk
    hardlopen
    timer
    0:30

    Slide 46 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    kussen
    Picasso
    microfoon
    juf
    appeltaart

    timer
    0:30

    Slide 47 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    pizza margarita
    tafelpoot
    fietsbel
    giraf
    punaise 

    timer
    0:30

    Slide 48 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    Tafelkleed
    telefoonhoesje
    boom
    beschuit 
    geschiedenis 
    timer
    0:30

    Slide 49 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    30 seconds
    K3
    Goede tijden slechte tijden 
    laptop 
    elastiek 
    leesboek 
    timer
    0:30

    Slide 50 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    1. schrijf op met hoofdletters en leestekens
    1. als er in de winter ijs ligt gaat de daniek van der meijde graag schaatsen op het pluismeer
    2. op tweede kerstdag gaan wij naar winterberg in duitsland om te skiën

    Slide 51 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    2. schrijf het bijvoeglijk naamwoord op
    • a. dom: het ________ antwoord
    • b. slim: de _________ professor
    • c. sterk: mijn _______ vader
    • d. zwak: zijn ________ enkel

    Slide 52 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    3. schrijf het meervoud op van
    A cowboy
    B lolly
    C menu
    D radio

    E. t.v.
    F. dia
    G. accu
    H. bom
     
    I. logé
    J. allergie
    K. drie
    L. chimpansee

    Slide 53 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    4. schrijf het verkleinwoord op van 
    a. bikini          d. t.v. 
    b. foto           e. krant
    c. baby           f. duim

    g. gum             
    h. agenda
    i. pudding

    Slide 54 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies