Nederlands O2B

Nederlands
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Herhaling moeilijke woorden
Werken in het boek
Uitleg over letterlijk en figuurlijk


Slide 2 - Tekstslide

Herhaling
Gebruik je chromebook
Ga naar lessonup
Vul de pincode in
Gebruik je eigen naam!



Slide 3 - Tekstslide

Iets wat je vaak op dezelfde manier doet, noem je:
A
een eigenschap
B
een gewoonte

Slide 4 - Quizvraag

Iemand die je kent, maar waar je niet als vrienden mee afspreekt, noem je:
A
De kennis
B
De generatie

Slide 5 - Quizvraag

De privacy betekent:
A
Wanneer je op iemand kunt rekenen.
B
Wanneer je niet alles hoeft te delen met anderen.

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent vertrouwen?

Slide 7 - Open vraag

Letterlijk of figuurlijk
Lees mee op blz 23

Letterlijk of figuurlijk?

Slide 8 - Tekstslide

Even oefenen
Letterlijk = Er wordt precies bedoeld wat er staat of wat er gezegd wordt.

Figuurlijk = Er wordt iets anders bedoeld dan wat er staat of gezegd wordt. Er zit een boodschap in verstopt.

Slide 9 - Tekstslide

Letterlijk of figuurlijk
Mark is zo geconcentreerd aan het werk dat hij  niets meer hoort.
De docent tikt hem op zijn rug.

Slide 10 - Tekstslide

Letterlijk of figuurlijk
Tim praat de hele tijd door de les heen.
De docent tikt hem op de vingers.

Slide 11 - Tekstslide

Letterlijk of figuurlijk?
Dit is het goede antwoord.
Dat kun je in je schrift schrijven.

Slide 12 - Tekstslide

Letterlijk of figuurlijk?
Je hebt je bord niet leeggegeten.
Dat toetje kun je op je buik schrijven!

Slide 13 - Tekstslide

Letterlijk of figuurlijk

Shanïa trekt haar nieuwe schoenen aan

Slide 14 - Tekstslide

Letterlijk of figuurlijk?

Levi trekt de stoute schoenen aan!

Slide 15 - Tekstslide

Om te onthouden
Spreekwoorden en uitdrukkingen zijn vaak figuurlijk.
Klinkt iets logisch? Is het iets wat heel normaal is? Dan is het vaak letterlijk. Soms kan het ook allebei:
Achter de wolken schijnt de zon

Wat is de figuurlijke betekenis? Wanneer zeggen mensen dit vaak?

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opdracht 5 blz 24

Slide 17 - Tekstslide