Herhalen werkwoord Sein

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir Heute
Grammatik Verb Sein 
Aufgabe Verb Sein

Slide 2 - Tekstslide

Doelen van de les 
je kunt aan het eind van de les de tegenwoordige tijd van het werkwoord "sein" toepassen in voorbeeld zinnen.

je kent het rijtje van "sein" en kunt de open gaten invullen. 

Slide 3 - Tekstslide

Song Sein
https://www.youtube.com/watch?v=VOYAMqLQTkg

Slide 4 - Tekstslide

werkwoord "sein"

Slide 5 - Woordweb

het werkwoord sein


sein = zijn 

ich
bin
du
bist
er/sie/es
ist
wir
sind
ihr
seid
sie/Sie
sind

Slide 6 - Tekstslide

ich ..... Jonas
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 7 - Quizvraag

wir .... zu Hause
A
bist
B
sind
C
seid
D
ist

Slide 8 - Quizvraag

ihr .... in der Schweiz
A
sein
B
sind
C
sied
D
seid

Slide 9 - Quizvraag

Das .... Tamara und ich
A
sind
B
ist
C
seid
D
bin

Slide 10 - Quizvraag

sein


sein = zijn 

ich (ik)
bin (ben)
du (jij)
er/sie/es (Hij/zij/het)
ist (is)
wir (wij)
ihr (jullie)
sie/Sie 
(zij/ U)
sind (zijn/bent)

Slide 11 - Tekstslide

Machen Aufgabe 11, 12 und 13
eerste 4 minuten stil aan het werk,
gaat dit goed gaat het stoplicht op oranje 
oranje = fluisteren!

Seite 18

timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
haben = hebben
habe
hast
hat

haben
habt
haben
uitleg

Slide 13 - Tekstslide

Hulpwerkwoord haben + sein
ich
du
er/sie/es

wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat

haben
habt
haben
bin
bist
ist

sind
seid
sind
haben         sein

Slide 14 - Tekstslide

Machen Aufgabe 17, 18, 20 und 21
Heb je de opdrachten niet af, 
wordt dit huiswerk. 

Rood = Stil aan het werk
Oranje = fluisteren met je buurman/vrouw
Groen = zachtjes praten
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Exitticket "haben" und "sein"
1. Meine Mutter ... am 4. Juli 1975 geboren.(sein)
2. Mein Name .... (sein) Jonas.


Schrijf je antwoorden op de Post-it en plak hem bij het verlaten van het lokaal op de kast. Zet je naam op de Post-it!
du
sein?
ihr
sein?

Slide 16 - Tekstslide