MAVO 3 deeltaak 4 week 5 les 2

Deeltaak 4 week 5 les 2
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Deeltaak 4 week 5 les 2

Slide 1 - Tekstslide

- Alles für die Prüfung üben!!!



Slide 2 - Tekstslide

1
2
3
4
5

Slide 3 - Tekstslide


1
2
3
4
5

Slide 4 - Poll

2

Slide 5 - Tekstslide

ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
e
st
t

en
t
en
haben -> uitzondering
hab
ha
ha

hab
hab
hab
uitleg

Slide 6 - Tekstslide

ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
bin
bist
ist

sind
seid
sind
sein -> uitzondering
uitleg

Slide 7 - Tekstslide

sein (ich)
A
bin
B
bint
C
bist
D
seine

Slide 8 - Quizvraag

haben (ihr)
A
hat
B
habent
C
habt
D
hast

Slide 9 - Quizvraag

sein (du)
A
ist
B
bist
C
ist
D
binst

Slide 10 - Quizvraag

haben (Omar)
A
habe
B
hast
C
habt
D
hat

Slide 11 - Quizvraag

sein (wir)
A
sein
B
sind
C
seid
D
seind

Slide 12 - Quizvraag

haben (ich)
A
habe
B
hat
C
habt
D
hast

Slide 13 - Quizvraag

sein (die Autos)
A
sein
B
seid
C
sind
D
bist

Slide 14 - Quizvraag

haben (Sie)
A
hat
B
habt
C
habe
D
haben

Slide 15 - Quizvraag

sein (meine Mutter)
A
bin
B
bist
C
ist
D
sein

Slide 16 - Quizvraag

Samenvatting
uitzonderingen:  haben & sein

haben:                                           sein:
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
habe
hast
hat

haben
habt
haben
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
bin
bist
ist

sind
seid
sind
uitleg

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

haben und sein VT

Slide 19 - Tekstslide

Wat is de juiste vertaling van:
hij was
A
er ist
B
er was
C
er wart
D
er war

Slide 20 - Quizvraag

Hoe vertaal je:
jullie hadden
A
ihr hattet
B
ihr habtet
C
ihr habt
D
ihr hatten

Slide 21 - Quizvraag

Hoe vertaal je:
U was
A
Sie waren
B
Sie was
C
Sie seinten
D
Sie warten

Slide 22 - Quizvraag

Das Kind ....(haben, vt) nicht geschlafen.
A
hat
B
habt
C
hatte
D
hattest

Slide 23 - Quizvraag

Vul het juiste in:
Du (zijn, vt) ............gestern doch auch hier?
A
warst
B
was
C
wast
D
warest

Slide 24 - Quizvraag

Woorden!!!

Slide 25 - Tekstslide


Slide 26 - Open vraag


Slide 27 - Open vraag


Slide 28 - Open vraag


Slide 29 - Open vraag


Slide 30 - Open vraag


Slide 31 - Open vraag


Slide 32 - Open vraag


Slide 33 - Open vraag

persoonlijke voornaamwoorden!

Slide 34 - Tekstslide

haar in 3e naamval

Slide 35 - Woordweb

haar in 4e naamval

Slide 36 - Woordweb

hem in derde nv

Slide 37 - Woordweb

hem in vierde nv

Slide 38 - Woordweb

jullie in 3e en 4e nv

Slide 39 - Woordweb

mij in 3e naamval-
mij in 4e naamval

Slide 40 - Woordweb

jou in 3e en 4e naamval
(----+----)

Slide 41 - Woordweb

Dan nu aan het werk!
Diese Woche:

Baustein 3: 2, 11, 13, 14, 45, 46 
Nakijken
Woorden leren!

Slide 42 - Tekstslide

slotwoord

Slide 43 - Tekstslide