2 mavo H1 woordenschat

Woordraadstrategieën
Betekenis van onbekende woorden
Betekenis van onbekende uitdrukkingen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Woordraadstrategieën
Betekenis van onbekende woorden
Betekenis van onbekende uitdrukkingen

Slide 1 - Tekstslide

Te doen:
uitdelen eerste fictie-opdracht
lezen in je leesboek
nakijken opdrachten 3, 4, en 5 van blz. 24/25
kort spelletje
maken: opdracht 6 van blz. 25

Slide 2 - Tekstslide

lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken: opdrachten 2 t/m 5 van blz. 23-24
Opdracht 2 
1 en 2 bereiden voor op 3 
3 grimmiger     –     a bedreigender 
betogingen      –      synoniem: demonstraties 
raakten met elkaar slaags   –   omschrijving: met stokken en wapens 
                                                         gingen ze elkaar te lijf 
belaagd te zijn                        –   d aangevallen 
sympathisanten                     –   synoniem: supporters 
hield het zich afzijdig           –   tegenstelling: ingreep, deed niet mee 
incidenteel                       – tegenstelling: kwamen regelmatig voor, af en toe 


Slide 4 - Tekstslide

Nakijken: opdrachter 2 t/m 5 van blz. 23-24
Opdracht 2 
verslaggever                    –   journalist 
klappen van de zweep  -   f weet ik er alles van 
extreem                            –  e buitengewoon 
gewelddadige                 –  omschrijving: werd nu heel erg, het uiterste werd 
                                                bereikt 
nu werd het dieptepunt bereikt – g het werd nu heel erg, het uiterste werd 
                                                                 bereikt 
doorgaans                        –  synoniem: meestal 
negeert                             –  b links laten liggen 
bood zijn excuses aan   – c verontschuldigde zich 



Slide 5 - Tekstslide

Nakijken: opdrachten 2 t/m 5 van blz. 23-24
Opdracht 3 
1.  Het is dit najaar buitengewoon warm, deze temperatuur hoort bij de   
     zomer. 
2.  In de Hongerwinter werd het uiterste bereikt, mensen hadden geen 
     eten meer. 
3.  De sfeer tussen die twee jongens is relaxt, ze hebben hun ruzie 
     bijgelegd. 
4.  De leraar probeert het conflict in de klas met praten op te lossen. 
5.  Zo af en toe leest Hamid een boek. 
 



Slide 6 - Tekstslide

Nakijken: opdrachten 2 t/m 5 van blz. 23-25
Opdracht 4 
1 baten 
2 letsel 
3 barstte … los 
4 cruciaal 
5 calamiteiten 
6 ervaring opgedaan 
7 is inzetbaar 
8 investeren 
9 respecteren 

 



Slide 7 - Tekstslide

Nakijken: opdrachten 2 t/m 5 van blz. 23-25
Opdracht 5 
1.      1 – b staan op voet van oorlog 
2.     2 – d hebt hem op zijn ziel getrapt 
3.     3 – a heb hem in het vizier 
4.     4 – e gunnen jullie het licht in de ogen niet 
5.     5 – c zeg het recht voor zijn raap 


 



Slide 8 - Tekstslide


Noem een synoniem van 'grimmig'.
A
grijs
B
vrolijk
C
bedreigend
D
somber

Slide 9 - Quizvraag


Noem een tegenstelling van 'doorgaans'.
A
soms
B
tegen
C
nooit
D
niet gaan

Slide 10 - Quizvraag


Wat betekent 'cruciaal' niet?
A
gek
B
doorslaggevend
C
beslissend
D
zo belangrijk dat alles verandert

Slide 11 - Quizvraag



Leg 'gewelddadig' uit:
A
geweldig
B
de dader is geweldig
C
met veel geweld
D
met veel eten

Slide 12 - Quizvraag



Geef een voorbeeld van 'sympathisanten':
A
aardige mensen
B
voetballers
C
geurige bloemen
D
voetbalsupporters

Slide 13 - Quizvraag



De oudere leerlingen .… ….. als lentor:
A
hebben gerend
B
zijn inzetbaar
C
barstten los
D
zijn calamiteiten

Slide 14 - Quizvraag

Huiswerk vrijdag 21 september
SO woordenschat H1

leren: theorie blz. 23, opdrachten 1 t/m 6 en de woordenlijst





Slide 15 - Tekstslide

timer
15:00
Maken: opdrachten 6 op het blad
Klaar? lezen in je leesboek of leren voor je so woordenschat. 
Vul je woordenlijst aan m.b.v. opdracht 2.
Leer ook de uitdrukkingen van opdracht 5

Slide 16 - Tekstslide

Evaluatieopdracht: 
Kies minimaal één van de onderstaande opdrachten.

- Schrijf één nieuw ding op dat je geleerd hebt. 

- Schrijf één ding op waar je beter in geworden bent.

- Schrijf één ding op waarbij je een ander hebt geholpen

timer
2:00

Slide 17 - Tekstslide