....... mL zoutzuur met een
1. H
+ + OH
- -> H
2O
onbekende molariteit 2. 1 mol : 1 mol
heeft gereageerd met 3. mL mL
......... mL 0,1008 M natronloog ? mol / L 0,1008 mol/L
Bereken de concentratie 6. 4. ........ mol OH-
van het zoutzuur 5. .......... mol H+ < -------