Ergonomisch werken 19 november

 Ergonomisch werken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
vaardighedenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 Ergonomisch werken

Slide 1 - Tekstslide

Urine en incontinentie

Slide 2 - Woordweb

Lesdoelen
- Je weet wat ergonomisch werken is
- Je kent het verschil tussen fysieke belasting en belastbaarheid
- Je weet wat mobiliteitsklassen zijn
- Je kunt hulpmiddelen benoemen om overbelasting te voorkomen
- je hebt de e-learning module tillift gemaakt

Slide 3 - Tekstslide

Waar denk jij aan bij ergonomisch werken?

Slide 4 - Woordweb

Ergonomie
De wetenschap die zich richt op het afstemmen van hulpmiddelen en omstandigheden op de eigenschappen van de mens waardoor mensen optimaal kunnen functioneren.

Slide 5 - Tekstslide

Ergonomisch werken

Ergonomisch werken wil zeggen dat je zorgt dat je geen lichamelijke en geestelijke klachten oploopt door je werk d.w.z. dat je veilig werkt.
  • Lichaamshouding
  • Hulpmiddelen --> tillift, glijzijl, draaischijf 
  • Materialen in hoogte verstelbaar --> bureaustoel

Slide 6 - Tekstslide

Ergonomisch werken

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van ergonomisch werken?
A
B
C
D

Slide 8 - Quizvraag

Belasting en belastbaarheid
Belasting: mate waarin je belast wordt tijden inspanning. Hierbij kun je denken aan: duwen, trekken, tillen, dragen

Belastbaarheid: dit is wat je lichaam aan kan. Dit hangt af van je conditie

Slide 9 - Tekstslide

Mobiliteit

Slide 10 - Tekstslide

Wat is volgens jou mobiliteit?

Slide 11 - Woordweb

Mobiliteit
Mobiliteit zegt iets over de bewegelijkheid van iemand. Dus hoe kan iemand lopen, zitten of bewegen.

De beperkingen van je cliënt hebben 
invloed op de lichamelijke belasting 
van jou als zorgverlener.

Slide 12 - Tekstslide

Mobiliteitsklasse
In totaal zijn er 5 mobiliteitsklassen (A, B, C, D en E). Van cliënten die alles zelf kan uitvoeren zonder risico op fysieke overbelasting (A) tot cliënten die zeer veel hulp nodig hebben (E).

Slide 13 - Tekstslide

  • Een cliënt die niet of maar beperkt kan bewegen, heeft een mobiliteitsprobleem.
  • Als MZ-er help je cliënten bijvoorbeeld in of uit het bed of een rolstoel.
  • Als je een cliënt verplaatst, heet dat transfer.

Slide 14 - Tekstslide

Tillen
Om klachten te voorkomen zijn er richtlijnen en normen opgesteld;

  • Als je met twee handen kan werken, mag je per hand maximaal 15 kilo duwen of trekken.
  • Niet meer dan 15 kilo in een gunstige houding en niet meer dan 5 kilo in ene ongunstige houding.
  • Om je rug niet te veel te belasten mag je maximaal 23 kilo tillen.

Slide 15 - Tekstslide

Glijzeil




  • Gebruik je bij verplaatsing op het bed
  • Glijzeil is makkelijk onder een cliënt weg te halen, zonder dat de cliënt van houding hoeft te veranderen.

Slide 16 - Tekstslide

Draaischijf



  • Je gebruikt de draaischijf buiten het bed
    .
  • Bij het gebruik van de draaischijf hoeft de cliënt geen draaiende beweging te maken.
  • Je hoeft niet te tillen trekken en duwen.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Tilliften




Of je als MZ-er een tillift mag bedienen, is afhankelijk van de regels van de organisatie, maar het mag sowieso NOOIT zelfstandig.

Slide 19 - Tekstslide

Maak de e-learning module
https://blijfinzetbaar.nl/e-learning-module-stalift-en-passieve-lift/


Slide 20 - Tekstslide