Bij de meeste werkwoorden is de stam onveranderlijk, en zijn de uitgangen per persoon verschillend. Ejemplo 'cant-ar': yo cant-o, tú cant-as etc.
Soms verandert echter ook de stam van het werkwoord.
Ejemplo 'pod-er' (kunnen):
yo puedo, tú pued-es, él pued-e, nosotros pod-emos, vosotros pod-éis, ellos pued-en
Dit noem je klinkerwisseling. In een woordenboek of woordenlijst staat de klinkerwissseling er tussen haakjes achter: poder (ue).
-> ESTUDIAR: Grammaticaboekje (onderbouw), nr. 43-45
-> HACER oef 12b in Paso adelante (WB p.17-18)