Luisteroefeningen 5

Luisteren 
oefenen voor toets en examen
Luisteren 
Oefenen voor toets en Centraal Examen

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Luisteren 
oefenen voor toets en examen
Luisteren 
Oefenen voor toets en Centraal Examen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Luisteroefening 
- Het fragment duurt 3.37 minuten 
- Goed luisteren en aantekeningen maken
- Na afloop volgen vragen over de tekst
- Erger je je niet te veel aan de voorbeeldige student ;-)
- In de examens komen vaak onderwerpen aan bod die niet echt boeien. Blijf geconcentreerd! Hoe lastig dat ook is

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Welke gegevens komen overeen met de student uit het fragment?
A
Jacco, derdejaars, sociaal cultureel werk
B
Jacco, derdejaars, verpleegkunde
C
Marco, derdejaars, sociaal cultureel werk
D
Marco, tweedejaars, verpleegkunde

Slide 13 - Quizvraag

Wat vindt de student van zijn studie?
A
Eerst vond hij de studie niet leuk, maar inmiddels wel.
B
Niet leuk, want je moet veel zelf doen.
C
Leuk, want je krijgt steeds meer zelfstandigheid.
D
Leuk, omdat hij zich echt het type voelt dat men in de zorg graag ziet.

Slide 14 - Quizvraag

Wat zat er niet in het portfolio?
A
Cijfers en stageverslagen
B
Evaluatie- en gespreksverslagen
C
Stappenplannen en competenties

Slide 15 - Quizvraag

In welk onderdeel is de student het beste?
A
Aandacht geven
B
Flexibiliteit
C
Leiding geven
D
Samenwerken

Slide 16 - Quizvraag

De student vertelt waaraan hij de afgelopen tijd vooral heeft gewerkt. Hoe heeft hij dat gedaan?
A
Het idee van een ander vragen, dan er samen uitkomen en niet al te duidelijk zeggen wat je eigen idee is.
B
Het idee van een ander vragen, dan zelf je idee geven en vervolgens er samen uit proberen te komen.
C
Zelf een idee geven, daarna het idee van een ander vragen en vervolgens zelf een beslissing nemen.
D
Zelf een idee geven, daarna het idee van een ander vragen en vervolgens er samen uit proberen te komen.

Slide 17 - Quizvraag

De stagebegeleider zegt dat je je in de zorg 'geen onzorgvuldigheid kunt permitteren'. Wat vindt de begeleider van de student op dit punt?
A
De student communiceert direct met patiënten.
B
De student draait er soms omheen om risico's te verkleinen.
C
De student volgt de stappenplannen heel goed op.
D
De student werkt precies, wat belangrijk is als je met patiënten omgaat.

Slide 18 - Quizvraag

Waar moet de student vooral meer aandacht aan besteden?
A
Hij moet anderen uit laten praten.
B
Hij moet anderen vragen wat zij vinden.
C
Hij moet directer reageren op anderen.
D
Hij moet zich beter inleven in anderen.

Slide 19 - Quizvraag

Wat is volgens de student een nadeel van een directe aanpak?
A
Anderen begrijpen je minder goed.
B
Anderen gaan je negeren.
C
Je komt soms onvriendelijk over.
D
Je werkt minder precies.

Slide 20 - Quizvraag

Welke tips nemen jullie mee uit deze les?

Slide 21 - Open vraag