Pak een kladblaadje.
Schrijf je naam erop.
Schrijf de antwoorden op.
Lever het blaadje in bij de juf.
(vergeven) - tt - Het meisje .......... haar beste vriendin.
(voeden) - vt - De moeder ......... de baby.
(hoesten) - vt - De man .......... in zijn elleboog.