Spelling blok 5 les 2 pv in tt

Spelling 
blok 2 les 1
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling 
blok 2 les 1

Slide 1 - Tekstslide

voorkennis activeren
Wat is het onderwerp?

Pak je chromebook.
Ga naar lessonup.
Log in met je eigen naam.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het onderwerp?

De raket koerst naar de maan.

A
ik
B
een ander
C
meer

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?

Ik krab met mijn nagel op mijn wang.
A
ik
B
een ander
C
meer

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?

De verkouden mannen snuiten hun neuzen.
A
ik
B
een ander
C
meer

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?

Die ouders verwennen hun kind.
A
ik
B
een ander
C
meer

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?

Voor die man geldt de afspraak niet.
A
ik
B
een ander
C
meer

Slide 7 - Quizvraag

leerdoel
Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd schrijven.

De brandweer blust de brand.
Nina redt het vogeltje.



Slide 8 - Tekstslide

instructie 
.





vieren (tt) Het meisje  ........................................ haar verjaardag.






Slide 9 - Tekstslide

instructie 
.





smullen (tt) Ik  ........................................ van de taart.






Slide 10 - Tekstslide

instructie 
.





liggen (tt) De pennen  ........................................ in de kast.






Slide 11 - Tekstslide

samen oefenen
Pak je chromebook.
Log in.
Ga naar Lesson-Up.
Log in met je eigen naam.

Slide 12 - Tekstslide

smullen (tt)
De kat .................... van de melk.

Slide 13 - Open vraag

zitten (tt)
De jongens .................... in de klas.

Slide 14 - Open vraag

knippen (tt)
De kapster .................... het haar van Bo.

Slide 15 - Open vraag

klussen (tt)
Ik .................... elk weekend in het huis.

Slide 16 - Open vraag

kijken (tt)
De ouders .................... naar een film.

Slide 17 - Open vraag

maken (tt)
Ik .................... alle opdrachten.

Slide 18 - Open vraag

halen (tt)
Alle kinderen .................... hun diploma.

Slide 19 - Open vraag

drinken (tt)
Ik .................... het liefst water.

Slide 20 - Open vraag

Lesafsluiting

Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige  tijd schrijven.

Hoe goed kan jij dit, vind je?
Schrijf het cijfer op je wisbordje.


Slide 21 - Tekstslide

Lesafsluiting
Pak een kladblaadje. 
Schrijf je naam erop. 
Schrijf de antwoorden op.
Lever het blaadje in bij de juf.

(zwemmen) - tt - Het meisje .......... met haar beste vriendin.
(bouwen) - tt - De jongens ......... met de lego.
(liggen) - tt - Ik .......... op de bank.

Slide 22 - Tekstslide