In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
In de volgende slides staan woorden.
Verdeel de woorden in lettergrepen.
Bijvoorbeeld:
accubatterij = ac-cu-bat-te-rij
Neem de woorden over en geef aan op welke plaats(en) je de woorden afbreekt.
Soms krijgt het woord zijn oorspronkelijke vorm weer terug.
Je hebt je schrift en een pen nodig.
In de volgende slide staat een tekst.
De onderstreepte woorden zijn niet op de
goede manier afgebroken.
Neem de onderstreepte woorden over in je schrift en geef aan
waar of hoe je de woorden goed afbreekt.
Verbeter de onderstreepte woorden.
Waar of hoe breek je het woord af?
In de volgende slide staan zinnen.
Welk woord kun je op de puntjes invullen?
Verander zo nodig de vorm.
Verander zo nodig de vorm. Kies uit:
ambulance - biologisch - carrière - geavanceerd - gierige - ingrediënt - irritant - januari - junkfood - lay-out - officieel -
trottoir - trucs - verraderlijk.