Salestraject -Hoofdstuk 5 Koopgedrag

Iets wat je nodig hebt of graag wilt hebben heet:
A
Dissociatiegroep
B
Laggards
C
Motivatie
D
Behoefte
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
marketing en salesMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Iets wat je nodig hebt of graag wilt hebben heet:
A
Dissociatiegroep
B
Laggards
C
Motivatie
D
Behoefte

Slide 1 - Quizvraag

Een groep in de samenleving met soortgelijke interesses noemen we:
A
Sociale Klasse
B
Subcultuur
C
Referentiegroep
D
Satisfier

Slide 2 - Quizvraag

Een groep mensen in een organisatie die over een aankoop beslissen heet:
A
B2B
B
Franchise
C
Decision Making Unit
D
Bedrijfsformule

Slide 3 - Quizvraag

Wat is new task?
A
Routinematige producten kopen
B
een nieuwe koopsituatie
C
Gewijzigde herhalingsaankoop
D
Herhalingsaankoop

Slide 4 - Quizvraag

Met welke fase begint het koopbeslissingsproces van de consument?
A
Aankoopbeslissing
B
Informatiezoekproces
C
Evaluatie van alternatieven
D
Behoefteherkenning

Slide 5 - Quizvraag

Behoefte aan gezelligheid in een kroeg is een voorbeeld van
A
Sociale acceptatie
B
Zelfontplooiing
C
Veiligheid en zekerheid
D
Waardering en erkenning

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van B2B markt:
A
Emotionele motieven zijn belangrijker dan rationele motieven
B
Persoonlijke factoren zoals leeftijd en levensstijl
C
Rationele motieven zijn belangrijker dan emotionele motieven
D
Interpersoonlijke factoren zoals subcultuur en sociale klasse

Slide 7 - Quizvraag

Bij aankoop van een ..... product voelt de klant zich sterk betrokken bij de aankoop van het product.
A
low involvement
B
straight rebuy
C
herhalings
D
high involvement

Slide 8 - Quizvraag

Welke kopersgroep schaft als laatste een nieuw product aan?
A
Laggards
B
Innovators
C
Early adapters
D
Late majority

Slide 9 - Quizvraag

Iemand die voor de 3e keer in 6 jaar tijd een nieuwe computer aanschaft heeft beperkt behoefte aan informatie. Dit is een voorbeeld van
A
Routinematig aankoopgedrag (RAG)
B
Uitgebreid probleemoplossend gedrag (UPO)
C
Beperkt probleemoplossend gedrag (BPO)
D
Low involvement gedrag (LIG)

Slide 10 - Quizvraag