AARTSVADERS

Aartsvaders
Izaak 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Aartsvaders
Izaak 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Welke aartsvader zag je op het plaatje?
A
Abraham
B
Izaäk
C
Jakob
D
Jozef

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een aartsvader?
A
Een oud iemand
B
Een voorvader
C
Iemand die van aarde houdt

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heette de eerste aartsvader?
A
Jakob
B
Isaak
C
Abraham

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Ik ga op reis
en ik neem mee...

Slide 10 - Woordweb

Op reis...
Wanneer je een reis maakt, pak je de hoognodige spullen in. 
Meestal weet je wat je eindbestemming is.

In de Bijbel staat het verhaal van Abraham. Hij moet ook op reis gaan, maar hij weet niet waar naar toe. God zal hem de weg wijzen. Hij wordt in de Bijbel de eerste aartsvader genoemd.

Bekijk het filmpje op de volgende pagina...

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat beloofde God aan Abraham?
A
Dat hij een goed leven zou leiden zonder zorgen.
B
Dat hij een groot volk zou worden.
C
Dat hij heel rijk zou worden.

Slide 13 - Quizvraag

Lees nu blz. 61 t/m 64

Alleen de zwartgedrukte tekst

Maak opdr 3, 4, 5

Check met LessonUp vragen

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Uit welke plaats kwam Abraham?
A
Jericho
B
Ur
C
Kana

Slide 16 - Quizvraag

Waarover kreeg Abraham ruzie met zijn vader Terach?
A
Abraham gelooft dat er maar één God is
B
Terach geloofde in afgodsbeeldjes
C
Abraham vertrouwt op die éne God, en niet op de afgodsbeeldjes
D
Alle 3 zijn waar

Slide 17 - Quizvraag

Welke opdracht geeft God aan Abraham?
A
Maak een groot volk
B
Trouw met Sara
C
Ga op reis
D
Ga naar Kanaän

Slide 18 - Quizvraag

Waar is het beloofde land?
A
Haran
B
Kanaän
C
Sichem
D
Jeruzalem

Slide 19 - Quizvraag

Zou jij op reis gaan naar een ander land als God dat tegen je zou zeggen?
A
Absoluut niet!
B
Misschien
C
Ik weet het niet
D
Ja, zeker!

Slide 20 - Quizvraag

Huiswerk
Maak de opdracht 3 en 4

Slide 21 - Tekstslide

Waarom is Abraham voor gelovigen een groot voorbeeld?

Slide 22 - Open vraag