Les 28 - 1KB - Woensdag 19 feb.

Klassenopstelling
Boaz G.
Julian
Nina
Imane
Tess
Noa
Djela
Hafsa
Jalin
Rosa
Sijmen
Jari
Joep
Angel
Lisa
Saar
Alisha
Noortje
Robyn
Tygo/Tom
Boaz L.
Links
Rechts
Voorin
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Klassenopstelling
Boaz G.
Julian
Nina
Imane
Tess
Noa
Djela
Hafsa
Jalin
Rosa
Sijmen
Jari
Joep
Angel
Lisa
Saar
Alisha
Noortje
Robyn
Tygo/Tom
Boaz L.
Links
Rechts
Voorin

Slide 1 - Tekstslide

Les 28 - 1KB
Begrijpend lezen



DOME

Slide 2 - Tekstslide

Planning


1. Voorlezen
2. Nieuws
3. Zelfstandig aan het werk
4. Afsluiten 

Slide 3 - Tekstslide

timer
7:00

Slide 4 - Tekstslide

NIEUWS VAN DE DAG


https://jeugdjournaal.nl

Slide 5 - Tekstslide

Cursus 1 - Meer dan lezen
§1 - Onbekende woorden
§2 - Onderwerp
§3 - Hoofdgedachte

§4 - Tekstdoelen en tekstsoorten
§5 - Inleiding, middenstuk en slot
§6 - Deelonderwerpen

Slide 6 - Tekstslide

§1 - Onbekende woorden
Zonder woordenboek of het internet

Zoek een synoniem
Dezelfde betekenis, een ander woord. In, voor of na de zin met het lastige woord. 
Layla transpireert in de zon. Ze rent over het voetbalveld en zweet enorm.
Zoek een omschrijving
Uitleg van het onbekende woord.  Lotte houdt de waarheid hardnekkig vol, ze houdt vast aan wat ze gezegd heeft.
Zoek een voorbeeld
Het moeilijke wordt gevolgd door een of meerdere voorbeelden. Ik pak mijn tekengerei erbij: een pen, een potlood en wat kleurpotloden.

Slide 7 - Tekstslide

§2 - Onderwerp
-Waar de tekst over gaat
>In een woord of een paar woorden
Je leest de tekst oriënterend
1. Lees de titel.
2. Kijk naar de afbeeldingen bij de tekst.
3. Lees de titels die boven tekstgedeeltes staan. Die titels noem je tussenkopjes.
4. Kijk of woorden anders gedrukt zijn, bijvoorbeeld vet, schuin, GROOT of gekleurd.
Let op woorden die vaker gebruikt worden.
5. Lees de eerste alinea (het eerste stukje) van de tekst. Soms is die vetgedrukt.

Slide 8 - Tekstslide

§3 - Hoofdgedachte
-Het belangrijkste van een tekst of programma in één zin

Leesstrategie: precies lezen

1. Bepaal het onderwerp van de tekst (§2)
2. Lees de tekst precies: van begin tot eind
3. Kijk aan het begin en het eind van de tekst  (eerste en laatste alinea)
Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?

Slide 9 - Tekstslide

Oefentoets

Slide 10 - Tekstslide

Einde van de les

Slide 11 - Tekstslide