Je ziet verschillende kanten van het onderwerp, zodat je daarover kunt nadenken en je mening kunt vormen. De schrijver kan zijn eigen mening wel geven, maar je hoeft niet dezelfde mening als de schrijver te krijgen.
Beschouwing, achtergrondtekst in krant, column
Overtuigen
Je wordt er met argumenten van overtuigd dat iemands mening (vaak de mening van de schrijver zelf) de juiste is.
Betoog, recensie
Activeren
Je wordt met activerende woorden aangespoord iets te kopen of te gaan doen.
Reclametekst, folder, poster
Amuseren
Je wordt vermaakt.
Gedicht, verhaal, songtekst, strip
Slide 5 - Tekstslide
Download het document 'Lezen - theorie vwo 1 en havo 1' (Magister, ELO, Studiewijzers)
Dit document bevat alle belangrijke begrippen en stof voor de toets over begrijpend lezen! Sla het document goed op in jouw map van Nederlands.
Slide 6 - Tekstslide
Aan de slag!
Bekijk het volgende filmpje.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Aan de slag!
Steekkaarten/flashcards maken
Wat?
Maak nu zelf 10 steekkaartjes over de stof (uit document over begrijpend lezen). Dit mag op papier of digitaal zijn.
Hoe?
Op de laptop of met pennen, stiften en papier.
Tijd?
15 minuten.
Daarna?
Steekkaarten laten zien in Teams en bespreken!
Slide 9 - Tekstslide
Upload hier je foto van je Quizlet set of je steekkaartjes.
Slide 10 - Open vraag
Lesdoel behaald? Ik heb de begrippen van leesvaardigheid weer voldoende herhaald.
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
Dit vind ik nog moeilijk aan de les van vandaag...