H/V3 hoofdstuk 2 les 5

Hoofdstuk 2
Moleculen en atomen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2
Moleculen en atomen

Slide 1 - Tekstslide

Les 5
Doel : 
Je kunt reactievergelijkingen kloppend maken en opstellen vanuit de omschrijving van een reactie.
Je kent de term coëfficiënt.

Slide 2 - Tekstslide

opbouw les
korte herhaling
Uitbreiding reactievergelijkingen kloppend maken
maken opgaven
Wedstrijdje atoomsoorten
Wat heb je geleerd?
Volgende week SO over 2.1, 2.2 en 2.4

Slide 3 - Tekstslide

Wat gebeurt er volgens het deeltjesmodel met de moleculen tijdens verdampen?
A
ze gaan langzamer bewegen
B
ze laten elkaar los
C
ze worden groter
D
ze gaan op hun plaats trillen

Slide 4 - Quizvraag

Wat gebeurt er volgens het deeltjesmodel tijdens ontleden?
A
de vanderwaalskracht wordt verbroken
B
de atoombinding wordt verbroken
C
de moleculen gaan langzamer bewegen
D
de moleculen worden gescheiden

Slide 5 - Quizvraag

Welk reactieschema is juist voor de fotosynthese?
A
water(l) + koolstofdioxide(g) + licht --> glucose(s) + zuurstof(g)
B
glucose(s) + zuurstof(g) + licht --> water(l) + koolstofdioxide(g)
C
glucose(s) + zuurstof(g) --> water(l) + koolstofdioxide(g)
D
water(l) + koolstofdioxide(g) --> glucose(s) + zuurstof(g)

Slide 6 - Quizvraag

Is zout (NaCl) een ontleedbare stof?
A
ja, want je kunt het scheiden in natrium en chloor
B
ja, want je kunt het ontleden tot natrium en chloor
C
nee, want het is een zuivere stof
D
nee, want het is een mengsel

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel waterstofatomen zijn er aanwezig in suiker (C12H22O11)?
A
12
B
22
C
11
D
2

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de juiste reactievergelijking van de vorming van NaCl?
A
Na + Cl --> NaCl
B
2Na + Cl2 --> 2NaCl
C
Na + 0,5Cl2 --> NaCl
D
NaCl --> Na + Cl

Slide 9 - Quizvraag

Reactievergelijking opstellen:
regels:
voor en na de pijl evenveel atomen
niet dezelfde moleculen links en rechts
zo klein mogelijke coëfficiënten
niet de index aanpassen

Slide 10 - Tekstslide

Wat is er fout? (Dit is de reactievergelijking van de ontleding van water)
4 H2O --> 4 H2 + 2 O2
A
Het moet H2O2 zijn
B
Het moet 4 O zijn na de pijl
C
Alles moet gedeeld worden door 2
D
De index bij H is fout

Slide 11 - Quizvraag

Wat is er fout?
1 CH4 + 2 O2 --> 1 CO2 + 2 H2O
A
Het aantal C's klopt niet
B
Het aantal H's klopt niet
C
Het aantal O's klopt niet
D
Het is niet fout

Slide 12 - Quizvraag

Wat is er fout?
4 Na + 2 O2 --> 2 Na2O + 1 O2
A
Het aantal Na's klopt niet
B
Het aantal O's klopt niet
C
Alles moet gedeeld worden door 2
D
Voor en na de pijl staat dezelfde stof.

Slide 13 - Quizvraag

telwoorden in moleculen
mono, di, tri, tetra, penta, hexa

bijvoorbeeld koolstofmono-oxide en koolstofdioxide

Slide 14 - Tekstslide

Opgaven
Maak in je online boek de andere opgaven van
paragraaf 2.4 en 2.2

Leer ook de atoomsoorten

Slide 15 - Tekstslide

Wedstrijdje
Wie kent de meeste atoomsoorten?

Slide 16 - Tekstslide

Wat heb je nu geleerd?

Slide 17 - Woordweb

Les 5
Doel : 
Je kunt reactievergelijkingen kloppend maken en opstellen vanuit de omschrijving van een reactie.
Je kent de term coëfficiënt.

Slide 18 - Tekstslide