6.2. Transport en communicatie

6.2. Transport en communicatie
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

6.2. Transport en communicatie

Slide 1 - Tekstslide

Transport en communicatie

Slide 2 - Woordweb

Reizen in NL in de 19e eeuw
Willem I had spoorlijnen en kanalen laten aanleggen
Maar het meeste reizen duurde nog lang
Diligencekoets met een dienstregeling
Een reis van Groningen naar Den Helder duurde zo 3-4 dagen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

G-B bouwde vanaf 1830 aan een uitgebreid spoornetwerk
Nederland begon in 1839
Spoorlijn tussen Haarlem en Amsterdam
1849 doorgetrokken tot Rotterdam en de lijn Amsterdam-Arnhem
Bouwen was lastig door de zachte veenbodem
Grote rivieren hadden spoorbruggen nodig, deze kwamen vanaf 1860
In 1900 was het spoornetwerk over heel Nederland aangelegd

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Hoe beïnvloedde het Suezkanaal de kolonisatie?

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Fietsen en auto's
1860: stoomwals
Wegen konden verhard worden
1888: rubberen luchtband
Fietsen werd zo populair
Eerste auto’s kwamen op de weg
Benz: auto geïnspireerd op de fiets

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Waarom was de uitvinding van de rubberen band revolutionair?
A
Het rubber moest uit het buitenland komen
B
Nieuwe manieren van transport mogelijk
C
Het zorgde voor meer kolonialisme
D
Mensen gingen weer fietsen

Slide 13 - Quizvraag

Communicatie
Elektriciteit door koperdraad-->berichten versturen
1830-->telegrafie. Teksten met code in geluidssignalen
G-B begon met aanleg telegraafnetwerk
1866-->onderzee kabel van Europa naar Amerika
Jaren 1860-70-->telefoon uitgevonden
Communicatierevolutie-->betere en snellere manier van informatie uitwisselen
Fotografie, grammofoon, schrijfmachine en uiteindelijk de eerste film

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video