3.3 Formules korter schrijven

H3 Rekenen met formules
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H3 Rekenen met formules

Slide 1 - Tekstslide

3.3 formules korter schrijven
Wat gaan we deze les leren:
  • formules korter schrijven

Slide 2 - Tekstslide

formules korter opschrijven
'                                          als je iemand vraagt: 'wat zit er in je tas?
                                   en je krijgt als antwoord: '1 appel en
                                           1 appel en 1 appel en 1 appel en 1 appel'
                                            dan denk jij gelijk  dat zijn dus 5 appels! 
                                           

Slide 3 - Tekstslide

Optellen
je mag alleen hetzelfde soort bij elkaar optellen. 
Dus appels bij appels en peren bij peren. 
a+a+a+b+b=3a + 2b
a+b+b+a+a+b+c= 3a + 3b + c
Denk bij het optellen van letter dus altijd aan 
de 'boodschappen tas.'


Slide 4 - Tekstslide

vermenigvuldigen
bij vermenigvuldigen gaat dat anders.
Daar mag alles door elkaar. Denk aan een
 blender en van 6 appels en 3 bananen
maken wij een appel/bananen smoothie 
a + a + a + a + a + a = 6xa = 6a
 b + b + b = 3xb = 3b
6 x a x 3 x b =   6 x 3 x a x b =
18 x a x b =  18ab

Slide 5 - Tekstslide

5 cm
3 cm
De oppervlakte van een rechthoek is lengte x breedte.
 de rechthoek hiernaast is dus
5 x 3 = 15 cm.
3 cm
a cm
de oppervakte van de rechthoek hiernaast is ook lengte x breedte. in dit geval dus 3 x a = 3a cm

Slide 6 - Tekstslide

5a cm
3 cm
De oppervlakte van een rechthoek is lengte x breedte.
 de rechthoek hiernaast wordt  dan 5a x 3 = 15a  cm.
3a cm
a cm
de oppervakte van de rechthoek hiernaast is ook lengte x breedte. in dit geval dus 3a x a = 3a^2 cm

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf de formule korter
y = 10n+5n+3n
A
y = 18n
B
y = 15n
C
y = 8n
D
y = 13n

Slide 8 - Quizvraag

Schrijf de formule korter
y = 3 (10n+3)
A
y = 30n + 3
B
y = 10n + 3
C
y = 30n + 9
D
y = 10n + 9

Slide 9 - Quizvraag

Schrijf de formule korter
y = 3p x 6p
A
y=9p
B
y=18p
C
y=9p2
D
y=18p2

Slide 10 - Quizvraag

Schrijf korter

y=10n0,5n

Slide 11 - Open vraag

Schrijf korter

y=0,5b14b

Slide 12 - Open vraag

Schrijf korter

y=k2k+3k

Slide 13 - Open vraag

Wat is de oppervlakte van:

Slide 14 - Open vraag

Maak nu
paragraaf 3.3  helemaal netjes af in je schrift.

Slide 15 - Tekstslide