PWW2 voorbereiding

PWW2 voorbereiding

1.3, 1.4, 2.1 t/m 2.3, 3.1 t/m 3.3



1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

PWW2 voorbereiding

1.3, 1.4, 2.1 t/m 2.3, 3.1 t/m 3.3



Slide 1 - Tekstslide

een zuivere stof :
A
bestaat uit één soort moleculen
B
is een stof die gezond is
C
is altijd een oplossing
D
kan maar in 1 fase voorkomen

Slide 2 - Quizvraag

Dit is een molecuulmodel
van een:
A
Vaste stof
B
Vloeistof
C
Water
D
Gas

Slide 3 - Quizvraag

Zuivere stof of mengsel?
Zuivere stof
Mengsel

Slide 4 - Sleepvraag

Welke van onderstaande stoffen is een zuivere stof?
A
Zuivere berglucht
B
7-up
C
Diamant
D
Zuiver drinkwater

Slide 5 - Quizvraag

Zie de grafiek. Is
deze van een
zuivere stof of
mengsel?
A
Zuivere stof
B
Mengsel

Slide 6 - Quizvraag

Zie de grafiek.
Welke faseover-
gang hoort hier
bij?
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Stollen
D
Smelten

Slide 7 - Quizvraag

Ken je de faseovergangen nog?
verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren

Slide 8 - Sleepvraag


Wat geeft het horizontale deel in deze grafiek aan?
A
kookpunt
B
smelttraject
C
kooktraject
D
smeltpunt

Slide 9 - Quizvraag

suspensie
emulsie
oplossing
nevel
Bevat geen vaste stoffen
Vloeistofdruppeltjes verdeeld in een gas
Kan je scheiden m.b.v. filtreren
Is helder

Slide 10 - Sleepvraag

Welk soort mengsel kun je indampen?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie
D
Mengsel van vaste stoffen

Slide 11 - Quizvraag

Op welk verschil berust extraheren?
A
Deeltjesgrootte
B
Aanhechtingsvermogen
C
Oplosbaarheid
D
Kookpunt

Slide 12 - Quizvraag

Een mengsel van alcohol en water wordt gedestilleerd. Kookpunt alcohol = 78graden. Uit welke stof bestaat het residu?
A
Alcohol
B
Water

Slide 13 - Quizvraag

Hoeveel liter is 10.000 mL?
A
100
B
1
C
1000
D
10

Slide 14 - Quizvraag

2 Liter wijn bevat 10 V% alcohol. Hoeveel mL alcohol is dit?
A
200
B
20
C
0,2
D
2

Slide 15 - Quizvraag

1 kg spinazie bevat 50 gram aan ijzer. Hoeveel m% is dit?
A
50
B
500
C
5
D
0,5

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel graden Celsius is 102 Kelvin?
A
375
B
-171
C
352
D
-148

Slide 17 - Quizvraag

Welk mengsel is altijd helder?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie

Slide 18 - Quizvraag

In welk mengsel zweven vaste deeltjes in een vloeistof?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie

Slide 19 - Quizvraag

Enkele stofeigenschappen zijn:
A
geur, vorm, massa
B
kleur, geur, smaak
C
toestand, geur, gewicht
D
vorm, kleur, geur

Slide 20 - Quizvraag

wel een stofeigenschap
geen stofeigenschap
kleur
geur
smeltpunt
kookpunt
massa
volume
dichtheid
fase (vast, vloeibaar, vast)
temperatuur
oplosbaarheid in water
oplosbaarheid in olie

Slide 21 - Sleepvraag

Suspensie
Residu
Filtraat

Slide 22 - Sleepvraag

Op welke stofeigenschappen berusten de volgende scheidingsmethodes? Sleep de juiste eigenschap naar de juiste scheidingsmethode 
Deeltjesgrootte
Dichtheid
aanghechtingsvermogen
kookpunt
Filtreren
Bezinken
Adsorberen
Destilleren

Slide 23 - Sleepvraag

Bij destillatie van een schoonmaakazijn krijg je 60 ml destillaat (azijnzuur) en 80 ml residu.
Bereken het volumepercentage azijnzuur in het mengsel.

Slide 24 - Open vraag

Hexaan is niet mengbaar met water en ethanol. Water en ethanol zijn volkomen mengbaar. Hexaan heeft de kleinste dichtheid. Welke figuur geeft het eindresultaat weer van gelijke volumes van deze drie vloeistoffen in een reageerbuis?
A
Buis A
B
Buis B
C
Buis C
D
Buis D

Slide 25 - Quizvraag

Welke stappen moet je zetten om een mengsel van zand en zout
van elkaar te scheiden?


stap 1



stap 2



stap 3
verwarmen
door filter gieten
water toevoegen

Slide 26 - Sleepvraag

Wat staat er bij de pijlen in een blokschema?
A
stoffen
B
handelingen / processen

Slide 27 - Quizvraag





Wat gebeurt er in blok II?
A
Oplossen
B
Extraheren
C
Filtreren
D
Verdampen

Slide 28 - Quizvraag





Welke vloeistof tref je zeker aan bij X ?
A
magnesium
B
water
C
chloor
D
zout

Slide 29 - Quizvraag

Welke van onderstaande gebeurtenissen is een chemische reactie?
A
oplossen van suiker in thee
B
koken van spruitjes
C
ranja maken
D
destilleren van wijn

Slide 30 - Quizvraag

SUCCES!!

Slide 31 - Tekstslide