dag 7 donderdag 14 september

woordenschat: thema 1 kennismaken dag 7
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

woordenschat: thema 1 kennismaken dag 7

Slide 1 - Tekstslide

de directeur
  • de baas van een bedrijf of organisatie
  • vrouw of man
  • Zin: De directeur van onze school is mevrouw Ria.
  • Zin: De directeur van dat bedrijf maakt samen met andere mensen de regels.

Slide 2 - Tekstslide

toenemen (ww)
  • als iets groter/meer wordt
  • scheidbaar(deelbaar)ww: het neemt toe
  • meer abstract, niet met personen
  • Zin: De temperatuur neemt meer toe. Het wordt steeds warmer.
  • Zin: Als het aantal leerlingen toeneemt moeten er meer docenten komen.

Slide 3 - Tekstslide

besteden (aan) (ww)
  • gebruiken voor iets
  • manier om te zeggen: besteden aan  (=voorzetsel uitdrukking)
  • geld of tijd ergens aan uitgeven
  • ww: ik besteed, hij besteedt, wij besteden
  • Zin: Hij besteedt veel geld aan vakanties.
  • Zin: Sommige leerlingen besteden veel tijd aan gamen.

Slide 4 - Tekstslide

betreffen (ww)
  • als het over iets gaat
  • als het over iemand gaat: die persoon
  • Zin: Ik heb een vraag en dat betreft de sport. Hebben we binnen of buiten sport?
  • Zin: Er is een jongen die ik leuk vind, het betreft een leerling uit klas 3B.

Slide 5 - Tekstslide

studeren (ww)
  • lessen volgen aan een school
  • ander woord: leren
  • ik studeer, hij studeerde, wij hebben gestudeerd.
  • Zin: Als ik thuis ben, ga ik altijd meteen studeren.
  • Zin: Als je een goed resultaat wilt hebben voor je toets moet je studeren.

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent:
betreffen
A
waar iemand is
B
waar je naar toe gaat
C
waar de dingen staan
D
waar het over gaat

Slide 7 - Quizvraag

Maak de zin af:
In het weekend besteed ik de meeste tijd aan.................

Slide 8 - Open vraag

Wat betekent
toenemen
A
als iets minder wordt
B
als iets meer wordt
C
als iets gelijk blijft

Slide 9 - Quizvraag

Maak een zin met het woord:
de directeur

Slide 10 - Open vraag

Als ik studeer, dan doe ik dat op deze plaats....

(waar doe je dat?)

Slide 11 - Open vraag

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 12 - Tekstslide

Alle leerlingen moeten goed............. voor de toets!

Slide 13 - Open vraag

... ............. vertelt wat de plannen zijn voor dit schooljaar.

Slide 14 - Open vraag

Ik ............ veel geld aan nieuwe kleding.

Slide 15 - Open vraag

Ik hoop dat mijn salaris ............. en niet dat het minder wordt.

Slide 16 - Open vraag

Ik heb een vraag en dat ........... de toets. Wanneer is de toets?

Slide 17 - Open vraag

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.

de directeur
toenemen
besteden
betreffen
studeren

Slide 18 - Tekstslide