6-9: Lezen, spelling

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Pak alvast je leesboek erbij
Niet mee? Kom dan een vervangend boekje halen

Slide 2 - Tekstslide

Deze les
10 minuten lezen
Programma komende weken (toetsen)
Keuzeopdracht en boek doorgeven (Classroom)
Extra uitleg 8.1/ 8.2 óf nakijken
Werkwoordenspel

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les
... weet je wat het programma is voor de komende weken
... ken je de regels van werkwoordspelling
... kan je de regels van werkwoordspelling toepassen in een spel

Slide 4 - Tekstslide

Programma en toetsing
  • Week 39: woensdag 28-9 boekopdracht 1
  • Week 40: toets spelling & formuleren
  • Week 42: toets proza & poëzie
     > komende 4 weken a.d.h.v. reader proza
     > daarna poëzieproject a.d.h.v. reader poëzie
  • Product van poëzieproject = gezamenlijke dichtbundel (nog geen inleverdatum 

Slide 5 - Tekstslide

Toetsstof
  • Toets spelling & formuleren:
    - NN H7: 7.2, 7.3, 7.5, 7.6, 7.7
    - NN H8: 8.1 t/m 8.3, 8.7, 8.7
  • Toets proza & poëzie: 
    - Reader proza
    - Reader poëzie

Slide 6 - Tekstslide

Boek 1
  1. Zie de keuzeopdrachten in Classroom (onder Literatuur)
  2. Lees ze door en kies er voor jezelf één uit
  3. Verder: ik mis nog aantal boektitels. Invullen s.v.p.! 
    Hier nemen we ca. 5 minuten de tijd voor

Slide 7 - Tekstslide

Extra uitleg of nakijken
Extra uitleg werkwoordspelling 8.1 en 8.2
Niet nodig? Dan stil 8.1 t/m 8.3 nakijken
Klaar? Dan stil iets voor jezelf doen en wachten op de rest

Slide 8 - Tekstslide

Werkwoordspelling
  • Persoonsvorm (pv) (tegenwoordig en verleden tijd)
  • Engelse ww
  • Infinitief (inf)
  • Gebiedende wijs (gw)
  • Onvoltooid deelwoord (od)
  • Voltooid deelwoord (vd)
  • Bijvoeglijk naamwoord (bn)

Slide 9 - Tekstslide

Werkwoordspelling
  • Belangrijk: anders minder serieus genomen 
  • Persoonsvorm vinden: tijd of enkelvoud/ meervoud veranderen
    Voorbeeld: 'Ik heb een huis gehuurd' / 'Ik had een huis gehuurd'

Slide 10 - Tekstslide

pvtt
  • Enkelvoud: staat er ik of je/jij achter? OF is het gebiedende wijs? Dan schrijf je de pv als ik-vorm
    > Niet het geval? Dan ik-vorm + t
    Voorbeeld: 'Waarom word ik altijd uitgekozen?'

  • Meervoud: schrijf als hele werkwoord (infinitief)
    Voorbeeld: 'Wij lopen samen naar de trein'

Slide 11 - Tekstslide

pvvt
  • Zwakke werkwoorden: 't ex-fokschaap
     > Hele ww -en
     > Zit de laatste letter wél in 't ex-fokschaap? Dan met een -te(n) 
     > Zo niet? Dan met een -de(n)

Voorbeeld: lachen - lachte, geloven - geloofde

Slide 12 - Tekstslide

pvvt
  • Sterke werkwoorden: klankverandering
     > Zo kort en makkelijk mogelijk
     Voorbeeld: krijgen - kregen, lopen - liepen

Let op!: in verleden tijd NOOIT met -dt

Slide 13 - Tekstslide

Engelse werkwoorden
  • Vervoegen op dezelfde manier als Nederlandse ww.
     > dus ook 't ex-fokschaap bij verleden tijd!
  • Hij relaxt, jij blogt, hij lasert
  • Uitgangs-e laten staan bij uitspraakproblemen:
     breakdancen - hij breakdancet, deleten - hij deletet

Slide 14 - Tekstslide

Overige werkwoordsvormen
  • Infinitief (inf): hele werkwoord
  • Gebiedende wijs (gw): is een bevel, advies, wens, etc.
     > Schrijf je als ik-vorm 
  • Onvoltooid deelwoord (od): iemand doet iets, tegelijk met iets anders
     > Schrijf je als infinitief +d (lachend, zingend)
  • Voltooid deelwoord (vd): langer maken of 't ex-fokschaap

Slide 15 - Tekstslide

Ww als bijvoeglijk naamwoord
  • Bijvoeglijk naamwoord (bn): zegt iets over een zn
  • Net als gewone bn's: spel zo kort mogelijk

Voorbeeld:
- Het verlichte perron (dus niet verlichtte)
- De vergrote foto (dus niet vergrootte)

Slide 16 - Tekstslide

Vorm + correct/ incorrect?
  1. De gedoodde koe werd weggebracht.
  2. Dat betekend niks.
  3. Hij antwoord nooit op tijd.
  4. Ik heb vorige week mijn ogen gelaserd.
  5. Al pratent liepen we naar buiten.
  6. Mijn broer downloadde altijd films.
  7. Er gebeurd hier nooit wat leuks.

Slide 17 - Tekstslide

Werkwoordenspel
1. Zet de tafels in groepjes van 4/5
2. Jullie krijgen een dobbelsteen
3. Speel het spel volgens de regels en schrijf op: getal van de dobbelsteen en juiste vervoeging

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen
Steek je duim op als je de leerdoelen van deze les hebt bereikt:
- Kennen en kunnen toepassen regels ww.spelling
- Weten wat het programma voor komende weken is

Slide 19 - Tekstslide

Volgende les
Huiswerk: lezen proza reader blz. 9-11 ('open plekken' en 'wat wordt verteld?'
Opdracht bij deze theorie
Verder met spelling 8.7 & 8.8

Slide 20 - Tekstslide