Werkwoordspelling pv tt en vt en vd

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Toen ik in de bioscoop zat, (hoesten) ........mijn buurman de hele tijd.

1. hoest
2. hoesten
3. hoestte
4. hoestten

Jelmer (struikelen) ...... nu over de snoeren van zijn computer.

1. struikelde
2. struikelt
3. struikeld
4. struikeldt

Afgelopen jaar (weigeren) Birgit ...... de baan als vakkenvuller in verband met haar lage loon.

1. weigerde
2. weigert
3. weigerd
4. weigerdte

Tijdens de lancering afgelopen jaar (ontploffen) ................. de NASA-raket.

1. ontploffen
2. ontplofde
3. ontplofte
4. ontplofden

De buren zijn al drie keer (verhuizen) ............................

1. verhuist
2. verhuisd
3. verhuizt
4. verhuizd

Vul in de tt (bieden):
Bied jij de gasten iets te drinken aan?

1. bied
2. biedt
3. bood
4. boodt

Twitteraars ..................(richten) momenteel hun pijlen op Max Verstappen.

1. richten
2. richtten
3. richden
4. richdten

Kayra .........(vinden) vroeger Justin Bieber goed zingen.

1. vond
2. vondt
3. vont
4. vindt

Hij heeft gisteren zijn nieuwe hond (ophalen) ...........

1. opgehald
2. opgehaalt
3. opgehaaldt
4. opgehaald

Vroeger ......... (dragen) veel mensen een hoed.

1. droeg
2. draagde
3. droegen
4. draagden

Toen mijn kleine neefje jarig was, had hij op cupcakes (trakteren) ........................

1. getrakteert
2. getrakteerd

Joëlle ......... (zingen) vroeger zo vals als een kraai.

1. zingde
2. zong

Tijdens de les gisteren .........(hoesten) Bob de hele tijd.

1. hoeste
2. hoestte

In de club hebben de vriendinnen de hele nacht (dansen) ..............

1. gedanst
2. gedansd

De Volkskrant (schrijven) afgelopen weekend een artikel over de misstanden bij NOS sport.

1. schreef
2. schrijft