Les 5 H 8.3 Machten Theorie A B

Welkom bij wiskunde
Pak het schrift en je pen

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij wiskunde
Pak het schrift en je pen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Vandaag
- 8.3 Machten. Theorie A en B
- Oefenen met Lessonup
- Huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het eind van de les:
  • Weet je wat een macht, grondtal en exponent is.
  • Kun je rekenen met machten.


Slide 4 - Tekstslide

1

Slide 5 - Video

Dus het grondtal is 3 en de exponent is 5
Bij deze macht hoort de som 3 x 3 x 3 x 3 x 3 =  243
35
grondtal
exponent

Slide 6 - Tekstslide

01:10
Welke som hoor bij
34
A
3 + 3 + 3 + 3
B
3 x 3 x 3 x3
C
4 x 4 x 4
D
4 x 4 x 4 x 4

Slide 7 - Quizvraag


...
Wat is het grondtal?
43=
A
4
B
3

Slide 8 - Quizvraag



Hoe spreek je dit uit?
43
A
vier boven drie
B
vier drie
C
vier tot de derde
D
drie tot de vierde

Slide 9 - Quizvraag

Bereken
23

Slide 10 - Open vraag

Bereken
17

Slide 11 - Open vraag

Vul in

16=2...
Dus hoevaak moet je 2 x 2 x ....... doen om 16 te krijgen?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Vul in

27=(...)3
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quizvraag

4

Slide 14 - Video

01:10
Wat is de juiste volgorde van de bewerkingen?
A
tussen haakjes - keer en delen - machten - plus en min
B
tussen haakjes - keer en delen - plus en min- machten -
C
tussen haakjes - machten -keer en delen - plus en min
D
machten - tussen haakjes - keer en delen - plus en min

Slide 15 - Quizvraag

01:37
Hoeveel is (type alleen het antwoord)
24

Slide 16 - Open vraag

02:01
Reken de som nu verder uit.
Type alleen het antwoord
40+316

Slide 17 - Open vraag

02:33
Probeer de volgende som eerst even zelf.
17 +(7 -5)³ : 2

Slide 18 - Open vraag

Rekenen met machten
Rekenvolgorde: 
1. Tussen haakjes
2. Machtsverheffen
3. Vermenigvuldigen en delen van links naar rechts
4. Optellen en aftrekken van links naar rechts

Slide 19 - Tekstslide

Bereken
235=
A
1000
B
40
C
400
D
100

Slide 20 - Quizvraag

Bereken
(24)210

Slide 21 - Open vraag

Bereken
(2+4)252

Slide 22 - Open vraag

Vul het juiste getal in

3...=27
Dus hoe vaak moet je 3 met zichzelf vermenigvuldigen om 27 te krijgen?

Slide 23 - Open vraag

Vul het juiste getal in

32=(.....)5
Welke getal staat op de puntjes .. x .. x .. x .. x .. = 32?

Slide 24 - Open vraag

Aan de slag!
Huiswerk 8.3 som Basis 30, 31, 32, 34, 37 H 36 of V 35

Slide 25 - Tekstslide