2D Dienstag, den 15. Oktober 2024 Kapitel 1 ICH

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Dienstag, den 15. Oktober 2024
  • Willkommen
  • Nachsehen Aufgaben Woche 40 + 41
  • Lernliste abfragen
  • Lernziele
  • Sprachmittel
  • Wiederholungsaufgaben
  • Großbuchstaben üben
  • Blooket
  • Hausaufgaben Woche 42
  • Zum Schluss

Slide 2 - Tekstslide

Nachsehen aufgaben Woche 40 + 41
Aufgabe 20 in deinem Heft (in je schrift).
Arbeitsblatt => Aufgabe 3 + 4 (hoofdletters)
Wiederholungsaufgaben 1: Seite 176  Aufgaben 1 und 2
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Lernliste abfragen

Slide 4 - Tekstslide

Lernziele
Je kunt je voorbereiden op de toets:
  • Je kunt jezelf voorstellen en vragen stellen en deze zinnen schrijven.
  • Je kent de woorden van de Lernliste en je kunt deze foutloos schrijven.
  • Je kent de persoonlijke vnw. in het Duits.
  • Je kunt het werkwoord sein toepassen.

Slide 5 - Tekstslide

Sprachmittel  
Schrijf op een toetsblaadje, noteer je voor- achternaam en je klas.
  • Stel je jezelf voor: Wie ben jij? Hoe oud ben je? Waar woon je? In welk land woon je? Wat is je telefoonnummer? Wat is je adres?
  • Minimaal 5 zinnen, elke zin minimaal 4 woorden.
  • Hulpmiddel Sprachmittel Seite 26 und 31 en Lernliste Seite 30.
  • Lever het in.
timer
1:00

Slide 6 - Tekstslide

Wiederholungsaufgaben 1  Seite177
Aufgabe 3: Personalpronomen ergänzen
  • Uitleg + maken
  • Klaar: Leren Sprachmittel Seite 26 + 31
  • Bespreken Aufgabe 3
timer
1:00

Slide 7 - Tekstslide

Großbuchstaben üben
  • Wanneer hoofdletters in het Duits? Wie weet het nog?

Hoofdletters (Großbuchstaben):
  • Begin van de zin.
  • Namen, woonplaatsen zoals in het Nederlands.
  • Zelfstandige naamwoorden => woorden waar je de/het/een voor kunt zetten.
Üben Aufgaben 6 und 7 (Arbeitsblatt)
timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Hausaufgaben Woche 42
L Woordjes Seite 30 helemaal => kunnen schrijven woordje NL=>Duits!!!!
L Grammatik Seite 31 + aantekeningen schrift
L Persoonlijke voornaamwoorden Seite 31
L Sprachmittel Seite 26 + 31 (vertalen) + schrijven


Slide 9 - Tekstslide

Zum Schluss:
  • Wat hebben we vandaag gedaan?

Slide 10 - Tekstslide

Jede Deutschstunde dabei!
Arbeitsbuch                               Heft                            ein gefülltes Etui                             Laptop +Ladekabel

Slide 11 - Tekstslide

Was soll ich machen? Ich weiß nicht was das bedeutet?
Notiere in deinem Heft!! (Noteer in je schrift!!)
  • Seite 195 Arbeitsbuch A   (bladzijde 195)
  • www.uitmuntend.de -> lidwoorden, meerdere betekenissen, voorbeeldzinnen enzovoort
  • www.interglot.nl
  • www.mijnwoordenboek.nl
  • vragen in de les, opletten tijdens uitleg, noteren in je schrift

Slide 12 - Tekstslide

Notiere in deinem Heft!!
  • Hoofdletters: Begin vd zin, namen, woonplaatsen, landen enz. + zelfstandige naamwoorden = de/het/een-woorden.
  • Umlaut (puntjes/streepjes op letters ä ö ü) => hierdoor krijgt een klinker een andere uitspraak.
  • Eszet (ß) => wordt in Nederland ringel-s genoemd.
  • Eszet (ß) => uitspraak ss

Slide 13 - Tekstslide

Hoe leer je woordjes?
  1. Je leest de woorden eerst goed door.
  2. Daarna dek je de woorden af en oefent deze.
  3. Je dekt af en gaat nu in willekeurige volgorde de woorden op nieuw oefenen.
  4. Slim stampen - 1e optie keuze of StudyGo (StudyGo => uitspraak woorden!!)
  5. Wanneer je van alle woorden de betekenis weet => schrijven van woorden!!

Slide 14 - Tekstslide

Hoe leer je woordjes? Vervolg!
Schrijven van woorden:
  1. Afdekken en opschrijven.
  2. Afdekken en opschrijven in willekeurige volgorde.
  3. Fout geschreven? Dit woord op apart papiertje schrijven en dit woord daarna meerdere keren herhalen.
  4. Slim stampen/Study Go => invul/schrijfoptie.
  5. Leerlingen met dyslexie: Slim stampen / StudyGo => woorden beluisteren!!!



Slide 15 - Tekstslide

Wist je dat????
  • Schrijven van woorden beter is dan het typen van woorden!!
  • Je minimaal 7 keer herhalen moet, voordat het ook echt blijft hangen.
  • Wanneer je meerdere zintuigen tegelijk inzet je beter kunt onthouden?



Slide 16 - Tekstslide

Slim Stampen Online-lernen
Nodig: Laptop
  1. Ga naar SOM
  2. Naar leermiddelen
  3. Kies voor Duits
  4. Klik op het werkboek voor Duits
  5. Klik op Kapitel 1
  6. Uitleg door docent wat je hier allemaal kunt doen

Slide 17 - Tekstslide

Test Kapitel 1: ICH
Wat moet ik leren:
  • Aantekeningen in je schrift
  • Lernliste de naam t/m twintig => NL -> Duits  Seite 30
  • Lernliste A Sehen + C Lesen  => Duits -> NL  Seite 30
  • Grammatik: persoonlijke voornaamwoorden + werkwoord sein  Seite 31
  • Sprachmittel: Seite 26 + Seite 31

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video