Klas 3, T4, paragraaf 4

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 1

Thema 4: Stevigheid en bewegen

Je kent de delen van het lichaam.

Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.

Je kunt de functies van het skelet noemen.

paragraaf 4: 
Spieren

Terugblik:

Paragraaf 3:

Beenverbindingen

.

https:

paragraaf 4: spieren

LESDOEL

• 4.4.1 Je kunt de bouw van spieren beschrijven.
• 4.4.2 Je kunt de werking van spieren beschrijven.

Welke spieren ken je al?

Het spierstelsel

De spieren zitten vast met de pezen aan de botten, zodat deze botten kunnen bewegen. 

De plek waar de pees aan het bot vastzit heet: de aanhechtingsplaats

Bouw van de spier

daa

geeft stevigheid

daarmee zit de spier vast.

Bouw van de spier, spiercel

Beweging van de spier

In het filmpje hierna laten ze zien hoe in de cellen van de spieren de samentrekking van de spier ontstaat.

Ook kun je zien dat daar energie voor nodig is. 

www.google.com

Antagonisten

Een spier kan alleen maar samentrekken. Om een gewricht heen en weer te laten bewegen heb je twee spieren nodig.

Deze spieren doen het tegengestelde van elkaar:

antagonisten

Denk maar aan je biceps (armbuigspier) en je triceps (armtrekspier).

Filmpje vanaf 2.16 voor werking antagonisten

www.google.com

www.bioplek.org

Evaluatie: 

Wat zijn antagonisten?

Noem de twee voorbeelden uit de les?

Wat is een spier?

Welke functies hebben spieren?

Hoe heten spieren met een tegenovergestelde functie die met elkaar samenwerken? ............. spieren

Ter afsluiting

Huiswerk maken en lezen!!!

Vergeet niet de paragraaf

door te lezen voordat je de

opdrachten gaat maken: 

Maken paragraaf 3 en 4