H 1.6 Allemaal anders V1A

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

1. Open je laptop en gebruik de code om in de lesson up te komen

2. leg je lesboek en etui op tafel

Planning

1. Bespreken posteropdracht
2. Basisstof 6: allemaal anders afronden afronden
3. Huiswerk maken

De bananenplant

De bananenplant

Warme, vochtige leefomgeving

Aanpassingen:

• Pseudostammen
• Grote bladeren 

Brandnetels

Komt voor op vochtige voedingsrijke bodems

Aanpassingen:

• Brandharen
• Dunne grote bladeren

Dennenboom

Kunnen goed tegen droogte en kou

Aanpassingen:

• Naalden tegen waterverlies en bescherming tegen kou
• Diepe wortels voor meer water en stabiliteit

Zonnedauw

voedingsarme, vochtige omgeving

Aanpassing:

• Vleesetende plant

Eik

Gematigde gebieden

Aanpassingen:

• Bladeren vallen van de bomen
• Verspreiding door dieren

Cactus

Warme, droge omgeving

Aanpassingen:

• Water opslaan in stengel
• Stekels verminderen waterverlies en zorgen voor schaduw

1.6 Allemaal anders

Leerdoelen

• Je kunt aanpassingen bij dieren beschrijven.
  
  

Dieren moeten zich voeden, verdedigen en voortbewegen. 

0

Aanpassingen bij dieren

Waterdieren

• leven in het water
• hebben vinnen om te sturen, lichaamsvorm
  
• zijn gestroomlijd: kop, lijf & staart lopen in elkaar over daardoor glijden ze snel door het water

Zoolgangers, teengangers en topgangers

Zoolganger            Teenganger           Topganger

Zoolganger

Beer

Kat

teenganger

Zebra

Topganger

zoolganger - teenganger - topganger

Verdediging bij dieren

      Tegen vijanden:

• stekels of gifstekels
• schutkleur -> onzichtbaar
• schild 
  Tegen de omgeving:
• vacht tegen de koutegen kou
  

Voeden

Een snuit van een varken, het gebit van een mens, de snavel van een vogel. Allemaal aangepast naar hun leefwijze.

• kegelsnavel → zaden
• pincetsnavel → insecten
• haaksnavel → vlees
  
• priemsnavel → bodemdiertjes
• zeefsnavel → zeven uit water
  

Hiernaast zie je een poolvos.
Wat is GEEN aanpassing aan de omgeving van de poolvos?

Bio leerdoel 42

1. kleur vacht valt niet op in de omgeving
2. hij kan heel erg goed sluipen
3. zachte vacht zorgt voor warmte
4. kleine oren daardoor minder verlies van warmte

Camouflage van een dier is een aanpassing aan de leefomgeving

1. Waar
2. Niet waar

Welke aanpassing hoort niet bij die dolfijnen?

1. Kieuwen
2. Sterke staartvin
3. Sterke botten
4. Gestroomlijnd

3. Welke aanpassingen heeft een vis om in het water te leven?

1. Het lichaam is klein
2. De vis heeft longen
3. Het lichaam is gestroomlijnd

Kijk naar het plaatje. Dit is het skelet van een rat. Een rat is een....

1. Zoolganger
2. Teenganger
3. Topganger

Dit is een

1. Teenganger
2. topganger
3. zoolganger

Huiswerk