Über den Tellerrand

Leesdossier
Text
aus >>>
Über den Tellerrand
timer
1:00
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Leesdossier
Text
aus >>>
Über den Tellerrand
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht 1, kijk zelf na ...
Wat eten kinderen uit de hele wereld in één week? 
Sommige (maaltijden) komt je misschien
vreemd voor. Bijvoorbeeld de roodbruine gerechten uit
Senegal. Die zijn zo gekleurd, omdat daar (in Senegal) veel met noten gekookt wordt.
Op iedere foto van de fotograaf Gregg Segal herken je zeker ook bekende producten: Hamburgers, frisdrank, snoep. De wereld groeit samen - ook op het menu.

Slide 2 - Tekstslide

Welches ausländisches Gericht
magst du am liebsten?

Slide 3 - Woordweb

Hoe heet de fotograaf
van dit artikel uit
dein Spiegel?
A
Herr Senegal
B
Herr Burger
C
Gregg Segal
D
Staat niet in de inleiding.

Slide 4 - Quizvraag

Vraag over de inleiding:
Waarom zijn de gerechten uit Senegal
roodbruin gekleurd?
A
Omdat er veel met Ketjap gekookt wordt.
B
Omdat er veel met pinda's gekookt wordt.
C
Omdat er veel met bonen gekookt wordt.
D
Omdat er veel kruiden inzitten.

Slide 5 - Quizvraag

Vraag over de inleiding:
De wereld groeit samen - ook op het menu.
Welke producten komen dan ook op iedere foto voor?
A
Burgers, frisdrank en snoep.
B
Burgers, noten en snoep.
C
Worst, milkshakes en snoep.
D
Worst, ijs en Burgers.

Slide 6 - Quizvraag

1. Frankrijk
Wat komt er in Nizza
vaak op tafel?
A
haring
B
ansjovis
C
eend
D
gans

Slide 7 - Quizvraag

2. Maleisië
Wanneer komt Altaf bij
de fotoshoot tot rust?
A
Hij kwam helemaal niet tot rust, hij bleef stressen.
B
Toen hij een spies met vlees te eten kreeg.
C
Toen hij wat te drinken kreeg.
D
Toen de voor hem vertrouwde gerechten neergezet werden.

Slide 8 - Quizvraag

3. Italië
Wat vindt Paolo het lekkerste?
En wat minder lekker?
A
lekkerste: groente minder lekker: Siciliaanse gehaktballetjes
B
lekkerste: Siciliaanse gehaktballetjes minder lekker: groente

Slide 9 - Quizvraag

4. Deutschland
Waarmee wordt John verwend?
A
Hij hoeft niets in huis te doen.
B
Altijd een ijsje na het avondeten.
C
Ontbijt op bed.
D
Staat niet in de tekst.

Slide 10 - Quizvraag

Wie van jullie krijgt in het
weekend ontbijt op bed?
ja, ieder weekend!
Af en toe!
Alleen op feestdagen!
Nooit!
Ik maak het voor mijn moeder en vader op moeder- en vaderdag

Slide 11 - Poll

4. Deutschland
Wat is bij John thuis
de strenge regel?
A
Fanta mag hij allen op zaterdagavond drinken.
B
Fanta mag hij alleen in het weekend drinken.
C
Fanta mag hij alleen op zondag drinken.
D
Geen van drie is goed.

Slide 12 - Quizvraag

5. India
Populairste sport?
A
cricket
B
paardrijden
C
tennis
D
hockey

Slide 13 - Quizvraag

5. India
Waar eet hij meestal?
A
op de grond
B
buiten bij het zwembad
C
uiteten / in een restaurant
D
voor de tv

Slide 14 - Quizvraag

Hoe vaak eet jij voor de tv?
Nooit
1x per week
2x per week
3x per week
4x per week
vaker dan 4 x per week
Altijd

Slide 15 - Poll

6. Senegal
Hoeveel broers en zussen (Geschwister) heeft Sira?
A
6
B
10
C
8
D
12

Slide 16 - Quizvraag

6. Senegal
Wat is het probleem?
A
Haar ouders hebben geen werk.
B
Soms hebben haar ouders niet genoeg geld om alle kinderen eten te geven.
C
Er is geen geld voor school / een opleiding.
D
Er is geen probleem.

Slide 17 - Quizvraag

6. Senegal
Wat is de voeding van Sira?
nahrhaft =
A
voedzaam
B
niet voedzaam
C
D

Slide 18 - Quizvraag

6. Senegal - laatste zin
De Westafrikaanse keuken is
de gezondste ter wereld.
A
goed
B
fout
C
D

Slide 19 - Quizvraag

7. USA
Wat eet Nino meestal?
A
Big Mac menu en ijs toe.
B
Kentucky fried chicken en milkshake toe.
C
Fast-Food met vaak een dessert.
D
Staat niet in de tekst.

Slide 20 - Quizvraag

7. USA
Hoe komt het dat Nino
vaak Fast-Food eet?
A
Omdat dat zijn ouders weinig geld hebben en omdat dat lekker goedkoop is.
B
Omdat beide ouders veel werken en daardoor weinig tijd hebben om te koken.
C
Omdat zijn ouders niet kunnen koken.
D
Staat niet in de tekst.

Slide 21 - Quizvraag

Wat weet je meer nu je deze tekst
hebt gelezen?

Slide 22 - Woordweb


Begreep je de tekst?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Und jetzt ...
Wahlzeit (keuzetijd)
* Flip 
* Mindmap K.3.

Slide 24 - Tekstslide