Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Theme 4 lesson 1
Welcome 3GT3
1 / 22
volgende
Slide 1:
Tekstslide
English
In deze les zitten
22 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welcome 3GT3
Slide 1 - Tekstslide
What is our goal for today?
Je weet hoe en wanneer je who, which and that moet gebruiken
Slide 2 - Tekstslide
What are we going to do today?
Start theme 4
Grammar (explanation + practice)
Planner
Slide 3 - Tekstslide
The film, ... lasted for three hours, was boring.
A
who
B
which
C
who/that
D
which/that
Slide 4 - Quizvraag
They blamed me for everything ... went wrong.
A
who
B
which
C
who/that
D
which/that
Slide 5 - Quizvraag
You should complain to the people ... supplied it.
A
who
B
which
C
who/that
D
which/that
Slide 6 - Quizvraag
Relative clauses
In het Nederlands: betrekkelijke bijzinnen
Functie:
geeft extra informatie
Defining relative clauses:
onmisbare informatie
Non-defining relative clauses:
onbelangrijke informatie
Beginnen vaak met een
betrekkelijk voornaamwoord
Slide 7 - Tekstslide
Relative pronouns
Verwijzen terug naar een eerder genoemd woord
Verbinden twee zinsdelen aan elkaar
Martin played Tennis with Sophie, who was slightly injured.
relative pronoun
Noa sold her phone, which was old and damaged.
relative pronoun
Slide 8 - Tekstslide
Relative pronouns
Relative pronoun verwijst naar:
that
who
whose
which
where
persoon, dier, ding
persoon
bezit
dier, ding
plaats
Na een komma gebruik je
nooit
'that'
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Defining relative clauses
Defining relative clauses:
onmisbare informatie
Staan in het midden/einde van de zin
Je gebruikt geen komma's!
He is the doctor
who helped my grandmother.
This is the airport
where I lost my bag.
Slide 11 - Tekstslide
Non-defining relative clauses
Non-defining relative clauses:
onbelangrijke informatie
Staan in het midden/einde van de zin
Begint en eindigt met een komma
The Times,
which is published in London,
is a daily newspaper.
The Times is a daily newspaper.
Slide 12 - Tekstslide
Relative pronouns
Je kunt een betrekkelijk voornaamwoord weglaten als:
het een 'defining relative clause' is
het gaat om who / which / that / where
er een voornaamwoord achter staat
The flowers
which he gave me were beautiful.
Persoonlijk: ik, jij, hij, etc.
Bezittelijk: mijn, zijn, onze, etc.
Wederkerend: me, je, zich, etc.
The flowers he gave me were beautiful.
Slide 13 - Tekstslide
This is the boy........had an accident.
A
which / that
B
who / that
C
which / that / x
D
who / that / x
Slide 14 - Quizvraag
Mandy is the girl ..............I met on Friday.
A
which / that
B
who / that
C
which / that / X
D
who / that / X
Slide 15 - Quizvraag
welke 2 woorden horen bij dingen
A
who and that
B
who and which
C
which and whom
D
which and that
Slide 16 - Quizvraag
That is the dog which / who / whose saved his owner.
A
who
B
whose
C
which
Slide 17 - Quizvraag
Which RELATIVE CLAUSE suits this sentence:
The officer, ....... John told his story to, was nice
A
who, that
B
who, that, X
C
who,
D
which, that
Slide 18 - Quizvraag
That is the man.... I saw in the shop.
A
who
B
which
C
that
D
-
Slide 19 - Quizvraag
The girl, ............... photo I have, is my cousin.
A
that
B
which
C
who
D
whose
Slide 20 - Quizvraag
The fireman, ______ saved a little girl's life, received a medal
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 21 - Quizvraag
To do:
Ex 12, 13
Done?
Slim stampen gr 10
Slide 22 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Theme 4 Lesson 2
Februari 2019
- Les met
29 slides
English
Theme 5 lesson 4
Maart 2019
- Les met
33 slides
English
Unit 5: The autumn of terror + Relative clauses
Maart 2021
- Les met
46 slides
Engels, Nederlands
Secundair onderwijs
Theme 5 lesson 5
Maart 2019
- Les met
41 slides
English
Extra oefeningen defining and non defining relative clauses.
Maart 2021
- Les met
17 slides
Engels, Nederlands
Secundair onderwijs
4ASO- Relative clauses
Maart 2022
- Les met
41 slides
Engels
Secundair onderwijs
relative clauses
Februari 2024
- Les met
31 slides
Engels
Middelbare school
relative pronouns
Mei 2024
- Les met
18 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3