Writing a formal mail


Writing a formal mail
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Writing a formal mail

Slide 1 - Tekstslide

Part 1:
Frequently used words in a formal mail

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het Engelse woord voor:
solliciteren
A
To sollicitate
B
To recruit
C
To apply
D
To hire

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het Engelse woord voor:
klacht
A
Suggestion
B
Explanation
C
Complaint
D
Claim

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het Engelse woord voor:
advertentie
A
Advertisement
B
Advertention
C
Application
D
Advisement

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het Engelse woord voor:
korting
A
Sale
B
Delivery
C
Discount
D
Decrease

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het Engelse woord voor:
teleurgesteld
A
Confused
B
Underestimated
C
Disappointed
D
Disappeared

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het Engelse woord voor:
stage
A
Detention
B
Practice
C
Stage
D
Internship

Slide 8 - Quizvraag

Part 2:
Choose the correct answer

Slide 9 - Tekstslide

Formeel
Informeel
Onjuist
Dear Betty,
Dear mr. Smith,
Dear mrs. Jackson,
Dear John Smith, 
Dear Sir/Madam,
Dear mr./mrs., 
Hello Andy, 
Dear grandma, 

Slide 10 - Sleepvraag

Je schrijft een brief naar British Airways, Great European Programme, PO box 5619, Suffolk
A
Dear British Airways,
B
Dear Sir/Madam,
C
Dear European Programme,
D
Dear Mr./ Ms.,

Slide 11 - Quizvraag

Je schrijft een brief naar :
Paul Dacre, The Daily Mail, Northcliffe House, London
A
Dear Sir Dacre,
B
Dear P Dacre,
C
Dear Mr Dacre,
D
Hello Mr Dacre,

Slide 12 - Quizvraag

Waar is de leeftijd correct geschreven?
A
I am a fifteen-years-old girl
B
I am a fifteen years old girl
C
I am a fifteen-year-old girl
D
I am a fifteen year old girl

Slide 13 - Quizvraag

Waar is de leeftijd correct geschreven?
A
I am a girl and I am sixteen years old
B
I am a girl and I am sixteen year old
C
I am a girl and I am sixteen-years-old
D
I am a girl and I am sixteen-year-old

Slide 14 - Quizvraag

Welke Engelse woorden schrijf je NIET met een hoofdletter?
A
Namen van personen, organisaties en bedrijven.
B
Landen, steden, talen
C
Maanden, dagen & feestdagen
D
Dieren, planten & bloemen

Slide 15 - Quizvraag

Part 3:
Find the mistakes!

Slide 16 - Tekstslide

Hoeveel fouten staan er in deze zin?

i have always want to working with you're company.
A
0
B
2
C
3
D
4

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel fouten staan er in deze zin?

An quik reply would be aprecciated.

A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel fouten staan er in deze zin?

I hope you take my complaint seriously.
A
0
B
1
C
2
D
4

Slide 19 - Quizvraag

Hoeveel fouten staan er in deze zin?

I would like too ask you some questions over the job.
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 20 - Quizvraag

Part 4:
Write correct sentences

Slide 21 - Tekstslide

Welk pers. vnw. moet in het Engels ALTIJD met een hoofdletter, waar het ook staat?

Slide 22 - Open vraag

Schrijf in het Engels:
Ik schrijf deze mail, omdat

Slide 23 - Open vraag

Schrijf in het Engels:
Ik wil graag solliciteren op deze baan.

Slide 24 - Open vraag

Schrijf in het Engels:
Ik heb een paar vragen.

Slide 25 - Open vraag

Schrijf in het Engels:
Ik hoop snel iets van u te horen.

Slide 26 - Open vraag

How do you get a higher grade?

Slide 27 - Open vraag

Lets look at a letter
written by someone like you

What can be improved?

Slide 28 - Tekstslide

Make Workbook B
Lesson 2
Exam unit writing
ex 1-4

Slide 29 - Tekstslide

What do you see in this picture?

Slide 30 - Open vraag

What do you see in this picture?

Slide 31 - Open vraag