2.3 De Verenigde Staten

2.3 De Verenigde Staten
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

2.3 De Verenigde Staten

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga je vandaag leren?
  • Waarom immigratie belangrijk was in Amerika
  • Hoe de Amerikaanse democratie werkt
  • Wat een vrije markt economie is
  • Wat het verschil tussen continuïteit en verandering is

Begrippen : vrije markt economie

Slide 2 - Tekstslide

Amerika : land van immigranten

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Noem drie verschillen tussen de indianen en de Engelsen

Slide 5 - Open vraag

Om welke redenen gingen immigranten in de 19e en 20e eeuw naar Amerika?

Slide 6 - Open vraag

Lees nu 'De Amerikaanse democratie'

Slide 7 - Tekstslide

De Amerikaanse democratie
De Amerikaanse democratie
De Verenigde Staten waren ontstaan uit een opstand tegen de Britse koning, want de kolonisten vonden dat het Britse bestuur hen onderdrukte. Daarom hebben inwoners van de Verenigde Staten vrijheid altijd heel belangrijk gevonden: de overheid moest zich zo min mogelijk met het leven van mensen bemoeien. Geloofsvrijheid en vrijheid van meningsuiting waren van groot belang. Ook moesten de bestuurders luisteren naar de burgers, niet andersom.
Het is dan ook niet vreemd dat de Amerikanen van de Verenigde Staten een parlementaire democratie maakten. De bevolking koos haar eigen bestuurders, onder wie het staatshoofd. Deze president had veel macht, maar omdat er elke vier jaar presidentsverkiezingen waren, moest hij doen wat de burgers wilden. In het begin hadden alleen vrije mannen met landbezit kiesrecht, maar in de 19e eeuw kregen ook armere mannen inspraak. Vanaf 1920 mochten uiteindelijk ook vrouwen hun stem uitbrengen en was er algemeen kiesrecht. Dat gold officieel ook voor zwarte Amerikanen. Wel waren er tot ver in de 20e eeuw staten die eisen stelden aan kiezers; die moesten bijvoorbeeld kunnen lezen. Zo sloten deze staten met name zwarte Amerikanen (die vaak nauwelijks naar school waren gegaan) uit van deelname aan verkiezingen.
Door de Eerste Wereldoorlog groeide de macht van de Verenigde Staten flink. Militair bleek het land erg sterk te zijn: het waren de Amerikanen die de geallieerden aan hun overwinning hielpen. Maar ook de economische kracht bleek groot. In 1918 lagen de Europese economieën in puin, de Amerikaanse economie was veel minder getroffen. Nog altijd was Groot-Brittannië een belangrijke wereldmacht, maar de Amerikanen waren hard op weg de Britten in te halen.
De Amerikaanse democratie

De Verenigde Staten waren ontstaan uit een opstand tegen de Britse koning, want de kolonisten vonden dat het Britse bestuur hen onderdrukte. Daarom hebben inwoners van de Verenigde Staten vrijheid altijd heel belangrijk gevonden: de overheid moest zich zo min mogelijk met het leven van mensen bemoeien. Geloofsvrijheid en vrijheid van meningsuiting waren van groot belang. Ook moesten de bestuurders luisteren naar de burgers, niet andersom.
Het is dan ook niet vreemd dat de Amerikanen van de Verenigde Staten een parlementaire democratie maakten. De bevolking koos haar eigen bestuurders, onder wie het staatshoofd. Deze president had veel macht, maar omdat er elke vier jaar presidentsverkiezingen waren, moest hij doen wat de burgers wilden. In het begin hadden alleen vrije mannen met landbezit kiesrecht, maar in de 19e eeuw kregen ook armere mannen inspraak. Vanaf 1920 mochten uiteindelijk ook vrouwen hun stem uitbrengen en was er algemeen kiesrecht. Dat gold officieel ook voor zwarte Amerikanen. Wel waren er tot ver in de 20e eeuw staten die eisen stelden aan kiezers; die moesten bijvoorbeeld kunnen lezen. Zo sloten deze staten met name zwarte Amerikanen (die vaak nauwelijks naar school waren gegaan) uit van deelname aan verkiezingen.
Door de Eerste Wereldoorlog groeide de macht van de Verenigde Staten flink. Militair bleek het land erg sterk te zijn: het waren de Amerikanen die de geallieerden aan hun overwinning hielpen. Maar ook de economische kracht bleek groot. In 1918 lagen de Europese economieën in puin, de Amerikaanse economie was veel minder getroffen. Nog altijd was Groot-Brittannië een belangrijke wereldmacht, maar de Amerikanen waren hard op weg de Britten in te halen.

Slide 8 - Tekstslide

Wat voor staatsvorm heeft Amerika?
A
Monarchie
B
Democratie
C
Republiek
D
Aristocratie

Slide 9 - Quizvraag

Waarom was vrijheid zo belangrijk in Amerika?
A
De kolonisten vonden dat Engeland de baas mocht zijn
B
De kolonisten vonden dat Engeland niet langer de baas mocht zijn
C
De kolonisten vonden dat de indianen de baas moesten zijn in hun eigen land
D
De kolonisten wilden dat de president alleen de baas was

Slide 10 - Quizvraag

Welke waarden zijn belangrijk voor de Amerikanen

Slide 11 - Open vraag

Wie mochten er stemmen in de 19e eeuw?
A
Zwarte Amerikanen en vrouwen
B
Alle Amerikanen, het was een democratie
C
Vrije mannen met landbezit en rijke vrouwen
D
Vrije en arme blanke mannen

Slide 12 - Quizvraag

Waarom werd Amerika machtig tijdens WO I?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Welke Nederlandse woorden heeft de VS van Nederland overgenomen?

Slide 15 - Woordweb

Lees nu 'De vrije markt economie'

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Huiswerk
Maken opdracht 1 t/m 12

Slide 18 - Tekstslide