future 1

les 1
- Hoe zat het ook alweer met praten over de toekomst?
- Kennismaken met nieuwe woordjes over de natuur
- Luistervaardigheid
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

les 1
- Hoe zat het ook alweer met praten over de toekomst?
- Kennismaken met nieuwe woordjes over de natuur
- Luistervaardigheid

Slide 1 - Tekstslide

Are you going to.
He isn't going to
it will
I will
Will you

Slide 2 - Sleepvraag

next
- New words: nature

- New words: oefenen met de uitspraak.


Slide 3 - Tekstslide

What is this?
A
countryside
B
mountain
C
island
D
lake

Slide 4 - Quizvraag

Which word doesn't fit?
A
lake
B
air
C
sea
D
river

Slide 5 - Quizvraag

Which word doesn't fit?
A
to stay in
B
to discover
C
to hike
D
mountain

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

To do:
  • unit 5.2 ex. 2, 3, 7, 8, 9
  • study new words: nature

Slide 9 - Tekstslide

les 2 
- Leren over woordvolgorde

Slide 10 - Tekstslide

tijd (wanneer?)
plaats (waar?)

Slide 11 - Sleepvraag

tonight
every morning
in the summer
in her room
to school
Spain

Slide 12 - Sleepvraag

Maak een goede Engelse zin.
to the Rocky Cliffs
tomorrow
They will go

Slide 13 - Sleepvraag

Maak een goede Engelse zin. Gebruik de zinsdelen hieronder.



at night - in the sky - you can see the stars

Slide 14 - Open vraag

To do:
  • unit 5.2 ex. 5, 6
  • finish unit 5.2 ex. 2, 3, 7, 8, 9
  • study new words: nature

Slide 15 - Tekstslide

Maak een goede Engelse zin. Gebruik de zinsdelen hieronder.



all the time - the dog runs after the ball - in the park

Slide 16 - Open vraag

Which sentence is correct.
A
She sings every morning in the shower.
B
She sings in the shower every morning.

Slide 17 - Quizvraag

Maak een goede Engelse zin.
we go swimming
when it's hot
in the pool

Slide 18 - Sleepvraag

Which sentence is correct.
A
That house was built on that hill 200 years ago.
B
That house was built 200 years ago on that hill.

Slide 19 - Quizvraag

lesson 3
Recap: wordorder
New words: the weather

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

hot
warm
cold
sunny
cloudy
rainy
snowy
windy

Slide 22 - Sleepvraag

Today's weather

Slide 23 - Woordweb

next
- New words: weather

- New words: oefenen met de uitspraak.


Slide 24 - Tekstslide

Which words fits best?
A
cloudy
B
sunny
C
rainy
D
freezing

Slide 25 - Quizvraag

Which word doesn't fit?
A
dry
B
chilly
C
lake
D
sunshine

Slide 26 - Quizvraag

Which word fits best?
A
shower
B
dry
C
lightning
D
sunshine

Slide 27 - Quizvraag

Welk woord hoort niet bij het woord FLOOD?
A
to pour
B
rain
C
sunshine
D
overcast

Slide 28 - Quizvraag

- unit 5.2 ex. 5, 6

finish unit 5.2 ex.

Slide 29 - Tekstslide

To do:
  • unit 5.3 ex. 2, 3, 6
  • study words: nature/ weather

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Maak een goede Engelse zin. Gebruik de zinsdelen hieronder.



every weekend - I eat breakfast- in bed

Slide 32 - Open vraag

Which sentence is correct.
A
Shall we go for a swim after school in the lake?
B
Shall we go for a swim in the lake after school?

Slide 33 - Quizvraag

Maak een goede Engelse zin.
I will meet you
when I'm finished
outside

Slide 34 - Sleepvraag

Weather report
Watch the video and answer the question:

Where do you need an umbrella this week?

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Where do you need an umbrella this week?

Slide 37 - Open vraag