15-03-2024

Planning mh1
- Discuss test unit 3
- Read in Charlie & the chocolate factory
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning mh1
- Discuss test unit 3
- Read in Charlie & the chocolate factory

Slide 1 - Tekstslide

Planning H3C
- Grammar: adverbs vs. adjectives
- Read The Wave

Slide 2 - Tekstslide

Adjectives
                    Adjective = bijvoeglijk naamwoord

Zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

Press the red button on the right.

My mother collects silver coins.

Slide 3 - Tekstslide

Adjectives
Een bijvoeglijk naamwoord staat meestal voor het zelfstandige naamwoord waarover het iets zegt.

Na de werkwoorden to be, to look, to taste, to feel, to seem, to smell, to appear gebruik je een bijvoeglijk naamwoord en geen bijwoord.

You look amazing.
This pizza smells delicious.

Slide 4 - Tekstslide

Adverbs
Adverbs = bijwoord

Zegt iets over een werkwoord, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord.

The band plays beautifully

Het bijwoord staat meestal achter het werkwoord.

Slide 5 - Tekstslide

Adverbs
That car goes incredibly fast.
Bijwoord incredibly versterkt het bijvoeglijk naamwoord fast.

He runs extremely rapidly.
Bijwoord extremely zegt iets over het bijwoord rapidly.




Slide 6 - Tekstslide

Wijziging spelling
Je vormt een bijwoord door er +ly aan het bijvoeglijk naamwoord toe te voegen. Zo wordt een bijvoeglijk naamwoord een bijwoord.
Honest > honestly

Soms verandert de spelling:
- happy > happily. Woord eindigt op -y
- basic > basically. Woord eindigt op -ic
- horrible > horribly. Woord eindigt in -le. Dit vervang je door -ly.

Slide 7 - Tekstslide

Kies het juiste antwoord:
She sings ________
A
beautiful
B
beautifully

Slide 8 - Quizvraag

Kies het juiste antwoord:
She sings a _____ song.
A
beautiful
B
beautifully

Slide 9 - Quizvraag

I can use English adverbs and adjectives correctly.
Yes
I need to practise some more.
I need to study this subject.

Slide 10 - Poll

Any questions about Adverbs and Adjectives?

Slide 11 - Open vraag

Do ex. 5, 6, 7 of lesson 3.4
Finished?
Read in the wave or study the words of 3.2 + 3.3

This is your homework for next Wednesday!

Slide 12 - Tekstslide