H31 paragraaf 2 - 8 januari

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Terugblik hoofdstuk 3

§3.2 Reactievergelijkingen

Je leert:

• een chemische reactie weergeven in een reactieschema

• de 4 toestandsaanduidingen gebruiken in een reactievergelijking

• een reactievergelijking kloppend maken

• reactievergelijkingen opstellen

Wat is een chemische reactie?

1. Verdwijnen van beginstoffen en ontstaan van reactieproducten
2. Verdwijnen van reactieproducten en ontstaan van beginstoffen
3. een faseovergang

Kenmerken van een chemische reactie zijn:

1. Stofeigenschappen veranderen
2. reactietemperatuur nodig
3. exotherm/endotherm
4. Massa van beginstoffen is gelijk aan de massa van de reactieproducten

Maak een reactieschema: 

Beginstoffen 

Reactieproducten 

1. Maak een reactieschema: 

+

Witte fosfor (s)

Zuurstof (g)

difosforpentaoxide 

2.  zet om in formules 

+

+

Witte fosfor (s) 

zuurstof (g)

difosforpentaoxide (s)

2.  zet om in formules 

+

+

Witte fosfor (s) 

zuurstof (g)

difosforpentaoxide (s)

• Niet ontleedbare stoffen:
   Clair Fietst Naar Haar Oma In Breda

3.  Maak de reactievergelijking kloppend 

+

+

Witte fosfor (s) 

zuurstof (g)

difosforpentaoxide (s)

1

1

1

2

2

2

3

3

3

4

5

4

4

5

5

Reactievergelijkingen opstellen 

Meestal zijn niet direct alle formules gegeven, maar moet je het zelf opstellen aan de hand van informatie in de tekst. 

Werkwijze: Lees hierbij goed wat voor en na de pijl moet!

1. Stel een reactieschema op (stofnamen en toestandsaand.)
   bv. stikstof (g) + waterstof (g) -> ammoniak (g).
2. Zet om in formules. Bv. 
   
3. Kloppend maken (voor en na de pijl even veel). Bv. 

1. Maak een reactieschema: 

+

+

Waterstofperoxide (l)

Water (l)

Zuurstof (g)

2.  zet om in formules 

+

+

Waterstofperoxide (l)

zuurstof (g)

Water (l)

3.  Maak de reactievergelijking kloppend 

+

1

1

1

2

2

2

3

3

3

4

5

4

4

5

5

Maak een reactieschema: 

+

+

Beginstoffen 

Reactieproducten 

Informatie die we nodig hebben:

Informatie die we nodig hebben:

• Bepaalde formules: bladzijde 222.
• Weten wat een coëfficient & index is (par. 2.3 blz. 52+53).
• Symbolen (afb. 2.13 blz. 47/ periodieke systeem).
• Niet ontleedbare stoffen weten (par. 2.3 blz. 53):
  Clair Fietst Naar Haar Oma In Breda
• Naamgeving stoffen (par. 2.3 blz. 54)
• Hoofdletter en kleine letter gebruik om atoomsoorten te onderscheiden (par. 2.2) 

Opdracht 22a

• Bepaalde formules: bladzijde 212.
• Niet ontleedbare stoffen weten (par. 2.3 blz. 53):
   Clair Fietst Naar Haar Oma In Breda

Opdracht: Geef de vergelijking van bovenstaande vorming van waterstof. Zet alle toestandsaanduidingen erbij.

Opdracht 22a

Zelf aan de slag:

1. Kijk de opdrachten 1 t/m 20 van het oefenblad na (SOM).

2. Maak foute opdrachten (21, 22 en/of 24) opnieuw (in een schrift).